Op 9 maart 1999 heeft het Hof van Justitie van de EG het arrest C-212/97 (Centros Ltd tegen Erhvervs- og Selskabsstyrelsen) gewezen. Hoewel de casus betrekking had op het vennootschapsrecht, in het bijzonder het recht om in een andere lidstaat filialen te vestigen (het secundaire vestigingsrecht), geeft het arrest meer in het algemeen aan onder welke voorwaarden de lidstaten kunnen optreden tegen (vermeend) misbruik van gemeenschapsrecht.
Bijgaand advies gaat in op de mogelijke gevolgen van het arrest voor de Nederlandse regelingen met betrekking tot de vestiging van filialen van buitenlandse vennootschappen.