Activiteiten in de gas- en kernenergiesector kunnen volgens de Commissie als ecologisch duurzame economische activiteiten worden aangemerkt
Nieuwsbericht | 02-02-2022
Achtergrond
In verordening 2020/852 (hierna: de Taxonomieverordening) is het kader vastgesteld voor het opstellen van een EU-taxonomie van ecologisch duurzame economische activiteiten. De EU-taxonomie beoogt particuliere investeringen te sturen naar economische activiteiten die nodig zijn om klimaatneutraliteit te bereiken. De Taxonomieverordening bepaalt dat die economische activiteiten moeten voldoen aan de technische selectiecriteria die zijn vastgelegd in zogenoemde gedelegeerde handelingen van de Europese Commissie.
Die technische selectiecriteria zijn in gedelegeerde verordening 2021/2139 neergelegd. Die gedelegeerde verordening is op 4 juni 2021 vastgesteld. Niet alle relevante sectoren en activiteiten zijn destijds in die verordening opgenomen. Met name was het niet mogelijk om een besluit te nemen over de opneming van kernenergie en aardgas. De Commissie kondigde aan dat nader onderzoek ten aanzien van kernenergie en aardgas noodzakelijk was.
Daarnaast heeft de Commissie op 6 juli 2021 een andere gedelegeerde handeling vastgesteld waarin voorschriften zijn neergelegd met betrekking tot de inhoud, de methodologie en de openbaarmaking van taxonomische informatie door ondernemingen. Ondernemingen moeten rapporteren over de afstemming van hun economische activiteiten op de EU-taxonomie. Deze voorschriften zijn (nog) niet van toepassing op ondernemingen in de aardgas- en kernenergiesector.
Gas en kernenergie
Op 2 februari 2022 heeft de Europese Commissie een nieuwe gedelegeerde verordening gepresenteerd. Die verordening voorziet in technische screeningscriteria voor economische activiteiten in de fossiele gas- en kernenergiesector. Daarnaast bevat die verordening specifieke openbaarmakingsvereisten voor ondernemingen in de fossiele gas- en kernenergiesector.
Wat betreft de andere gedelegeerde handelingen in het kader van de Taxonomieverordening hebben het Europees Parlement en de Raad (die de bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen in het kader van de taxonomieverordening aan de Commissie hebben gedelegeerd) vier maanden de tijd om het document te toetsen en, indien zij dat nodig achten, bezwaar te maken. Beide instellingen kunnen om twee maanden extra voor de toetsing verzoeken. De Raad heeft het recht om bezwaar te maken als er een versterkte gekwalificeerde meerderheid is. Dat betekent dat ten minste 72 procent van de lidstaten (oftewel ten minste 20 lidstaten) met ten minste 65 procent van de EU-bevolking nodig is om bezwaar te maken tegen de gedelegeerde handeling. Het Europees Parlement kan bezwaar maken als de meerderheid van zijn leden (d.w.z. ten minste 353 EP-leden) in de plenaire vergadering tegen stemt.
Zodra de toetsingsperiode voorbij is en als geen van de medewetgevers bezwaar heeft gemaakt, treedt de aanvullende gedelegeerde handeling in werking en is deze van toepassing vanaf 1 januari 2023.
Meer informatie: