C-052/04, Feuerwehr Hamburg, beschikking van 14 juli 2005

Contentverzamelaar

C-052/04, Feuerwehr Hamburg, beschikking van 14 juli 2005

Signaleringsfiche
Beschikking van het Hof van Justitie van 14 juli 2005 in de zaak C-52/04, Personalrat der Feuerwehr Hamburg tegen Leiter der Feuerwehr Hamburg

Betrokken departementen
BZK, DEF, SZW, VWS

Sleutelwoorden
Arbeidstijden - Werkingssfeer richtlijnen 89/391/EEG en 93/104/EG (thans 2003/88/EG) - Uitzondering - Brandweer

Beleidsrelevantie
De arbeidstijdenregelgeving is van toepassing op de werkzaamheden van de openbare brandweer. Een uitzondering geldt alleen bij bijzondere gebeurtenissen van een zodanige ernst en omvang dat het algemene belang van de bescherming van de openbare orde en veiligheid en de volksgezondheid tijdelijk moet prevaleren boven het belang van de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de brandweerlieden (natuurrampen, technologische rampen, aanslagen, grote ongelukken, etc.).

Samenvatting van feiten, redenering en dictum
De personeelsraad van de Hamburgse brandweer vordert voor de nationale rechter nietigverklaring van een CAO waarin van een arbeidsduur van 50 uur per week wordt uitgegaan. Deze arbeidsduur zou in strijd zijn met het in richtlijn 93/104/EG neergelegde maximum van 48 uur. De brandweerleiding betwist dat richtlijn 93/104/EG van toepassing is op de brandweer.

Het Hof wijst erop dat voor de bepaling van de werkingssfeer van richtlijn 93/104/EG moet worden gekeken naar richtlijn 89/391/EEG. Daaruit blijkt een ruime werkingssfeer, met een uitzondering voor bepaalde specifieke activiteiten van overheidsdiensten. Dit betekent dat niet volledige diensten, maar slechts sommige van hun activiteiten van de werkingssfeer uitgezonderd kunnen zijn.

In een eerdere zaak C-397/01 t/m C-403/01, Pfeiffer e.a. (arrest van 5 oktober 2004) heeft het Hof al geoordeeld dat de werkzaamheden van ambulancepersoneel, ondanks het feit dat deze werkzaamheden een onvoorzien karakter dragen, in beginsel niet behoren tot de activiteiten die zijn uitgezonderd van de toepasselijkheid van de arbeidstijdenregelgeving. Het Hof ziet in de werkzaamheden van de brandweer geen wezenlijke verschillen met die van het ambulancepersoneel. Richtlijn 93/104/EG is dus van toepassing op de werkzaamheden van de overheidsbrandweer, voorzover die bestaan uit het uitoefenen van de normale taak van de brandweer. Het Hof geeft dan ook aan dat de 50 uur arbeidsduur waarvan in de CAO voor de Hamburgse brandweer wordt uitgegaan, de maximum grens van 48 uur overschrijdt. Slechts bij bijzondere gebeurtenissen van een zodanige ernst en omvang dat het algemene belang van de bescherming van de openbare orde en veiligheid en de volksgezondheid tijdelijk moet prevaleren boven het belang van de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de brandweerlieden (zoals natuurrampen, technologische rampen, aanslagen, grote ongelukken, etc.), kan een uitzondering worden gemaakt. Overigens moeten ook tijdens die bijzondere gebeurtenissen de veiligheid en gezondheid van werknemers zoveel mogelijk worden beschermd met inachtneming van de doelstellingen van richtlijn 89/391/EEG.

Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten
In hoofdstuk 2 van de Arbeidstijdenwet zijn enkele uitzonderingen op de toepasselijkheid van deze wet gemaakt. Met betrekking tot de brandweer (niet beperkt tot overheidsbrandweer) is in artikel 2:6 van de Arbeidstijdenwet een uitzondering gekoppeld aan het repressieve optreden bij brand of ongevallen. Bezien moet worden of de gemaakte uitzonderingen niet te ruim zijn, gelet op de uitleg die het Hof geeft van de uitzonderingsbepaling in richtlijn 89/391/EEG. Daarbij zouden ook de vergelijkbare uitzonderingen op grond van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 moeten worden betrokken.

Voorstel voor behandeling
De ICER zendt dit fiche en de bijbehorende beschikking ter kennisname aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Defensie, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De ICER verzoekt de ministers van SZW en BZK om te bezien of de uitzonderingen in de Arbeidstijdenwet niet te ruim zijn.