C-149/25 I Fly
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 22 april 2025 Schriftelijke opmerkingen: 8 juni 2025
Trefwoorden: luchtvervoer, toewijzing van slots op luchthavens
Onderwerp: Handvest: art. 16 en 62, lid 1; Verordening 95/93 (inzake slots op luchthavens): overwegingen 1 en 2, artt. 2, 3 (5) en (7), 4, 5 art. 6 (1); art. 8 (1-3, 5) en art. 10 (1-6), art. 14 (1); Verordening 793/2004: overwegingen 5, 8, 9 en 15;Verordening 1008/2008: art. 1(1), art. 2, art. 3 (1); art. 15, art. 19(1); Verordening 255/2010: artt. 1, 3, 5, 6, 9 en 10; Uitvoeringsverordening 923/2012: overweging 1; artt. 1 en 2, bijlage deel 5.
De autoriteit voor de civiele luchtvaart van Griekenland heeft vluchten die in hun geheel worden verricht volgens Visual Flight Rules (VFR) (zichtvliegvoorschriften) uitgezonderd van de toewijzing van slots op luchthavens die ‘gecoördineerde luchthaven’ of als luchthaven met ‘bemiddeling inzake de dienstregelingen’ zijn aangewezen. De verwijzende rechter vraagt zich af of dit mag in het licht van verordening 93/95, waarbij de toewijzing van slots op gecoördineerde luchthavens alleen wordt uitgezonderd voor officiële vluchten, vluchten in noodgevallen en humanitaire vluchten.
Prejudiciële vragen: 1) Moeten de bepalingen van verordening nr. 95/93, zoals gewijzigd [met name artikel 2, onder a), g) en i), de artikelen 3, 4, 8 en 10 en artikel 14, lid 1], – uitgelegd in het licht van a) artikel 15, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 (dat het recht van communautaire luchtvaartmaatschappijen om intracommunautaire luchtdiensten te exploiteren verankert) en b) de artikelen 16 en 52, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – aldus worden uitgelegd dat deze uitsluitend en uitputtend de regels en voorwaarden neerleggen voor de toewijzing van slots op luchthavens die als „gecoördineerde luchthaven” zijn aangewezen, zodat zij zich verzetten tegen nationale voorschriften waarbij - de categorie luchtvaartmaatschappijen die vluchten volledig volgens zichtvliegvoorschriften (VFR) uitvoeren, wordt uitgesloten van de toewijzing van slots, - de toepassing van het stelsel voor toewijzing van slots wordt uitgebreid tot luchthavens die zijn aangewezen als luchthaven „met bemiddeling inzake de dienstregelingen”?
2) Of moeten de aangehaalde bepalingen van verordening nr. 95/93 – uitgelegd in het licht van onder meer overweging 5 van verordening nr. 793/2004 (volgens welke overweging wordt toegestaan dat „specifieke activiteiten” niet onder de regels voor slottoewijzing vallen, indien dat niet nodig is) en van artikel 19, lid 1, van verordening nr. 1008/2008 (volgens welke bepaling ook „nationale” voorschriften voor slottoewijzing kunnen worden vastgesteld) – aldus worden uitgelegd dat de lidstaten de vrijheid hebben om regelingen van deze verordening nader uit te werken - wanneer daarbij de toewijzing van slots aan de categorie luchtvaartmaatschappijen die vluchten volledig volgens zichtvliegvoorschriften (VFR) uitvoeren, wordt verboden, - wanneer het stelsel voor de toewijzing van slots wordt uitgebreid tot luchthavens die zijn aangewezen als luchthaven „met bemiddeling inzake de dienstregelingen”?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-316/10 Danske Svineproducenter; C-592/11 Ketelä; C-205/14 Commissie/Portugal; C-541/16 Commissie/Denemarken; C-372/20 Finanzamt Österreich (Gezinsuitkeringen voor ontwikkelingswerkers).
Specifiek beleidsterrein: IenW