C-280/95 Commissie tegen Italië (steun), arrest van 29 januari 1998

Contentverzamelaar

C-280/95 Commissie tegen Italië (steun), arrest van 29 januari 1998

Datum arrest, zaaknummer, partijen
HvJEG 29 januari 1998, Zaak C-280/95 Commissie/Italiaanse Republiek

Sleutelwoorden
Steunmaatregelen van de staten - Niet-nakoming

Samenvatting van feiten, redenering en dictum
De Commissie had bepaalde belastingkredieten aan het beroepsgoederenvervoer in Italië onverenigbaar verklaard met het staatssteunregime en Italië gelast de steun terug te vorderen. Italië bestreed op zich niet de onverenigbaarheid, maar beriep zich op de onmogelijkheid om de steun terug te vorderen. Met administratieve argumenten (150.000 dossiers zouden moeten worden doorgeploegd), en grote sociale onrust (de sector waren deze kredieten toegezegd na omvattende acties en druk; terugvordering zou wederom grote onrust betekenen).

Het Hof erkent dat onmogelijkheid van terugvordering een grond vormt om onder de verplichting uit te komen. Het Hof verwerpt echter de argumenten in dit geval met als voornaamste grond dat Italië niet eens een begin van uitvoering had proberen te geven aan de Commissie beschikking. Met andere woorden: de argumenten van Italië berustten op vermoedens, en vormden geen aanwijzing of bewijs van een werkelijke onmogelijkheid om tot terugvordering over te gaan.

Het Hof stelt dan ook vast dat de Italiaanse Republiek de krachtens het Verdrag op haar rustende verplichtingen niet is nagekomen door niet te voldoen aan beschikking 93/496/EEG van de Commissie van 9 juni 1993 inzake Staatssteun C 32/92 (ex NN 67/92) Italië (belastingkrediet ten behoeve van het beroepsvervoer van goederen over de weg).

Korte analyse
Het Hof onderstreept de noodzaak effect te geven aan een onverenigbaarverklaring. Wanneer de Commissie steunverlening onverenigbaar verklaart, moet de Lid-Staat in ieder geval proberen tot terugvordering over te gaan om naderhand te kunnen aantonen dat alles in het werk is gesteld om tot terugvordering te komen.

Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten voor beleid, wetgeving, rechtspraak of rechtspraktijk op nationaal of Europees niveau
Steunverlenende instanties (Rijks- en lagere overheden) dienen zich bewust te zijn van hun verplichting tot terugvordering in geval van onverenigbaarheid.

Voorstel voor behandeling
ICER-U onderzoekt op welke manier deze bevindingen adequaat onder de aandacht van de steunverlenende instanties kan worden gebracht.