C-309/02, Radlberger Getränke en S Spitz, arrest van 14 december 2004
Signaleringsfiche Radlberger Arrest van het Hof van Justitie, 14 december 2004, C-309/02 en C-463/01, Radlberger Getränke en S Spitz resp. en Commissie tegen Duitsland.
Betrokken departementen VROM, EZ, LNV
Sleutelwoorden Milieu, vrij verkeer van goederen, verpakking en verpakkingsafval, richtlijn 94/62/EG, statiegeldverplichting en terugnameplicht wegwerpverpakking, afhankelijk van het totaal percentage herbruikbare verpakking, overgangstermijn bij veranderen van stelsel.
Beleidsrelevantie Duidelijk is geworden onder welke voorwaarden van het huidige systeem zonder verplicht statiegeld kan worden overgestapt op een systeem met verplicht statiegeld.
Samenvatting van feiten, redenering en dictum In beide zaken wordt uitspraak gedaan over de verschillende facetten van het Duitse verpakkingenbeleid. Het Hof beoordeelt het terugnamebeleid zonder verplicht statiegeld en de overgang naar een terugnamebeleid met verplicht statiegeld. De centrale vraag is of Duitsland het oude stelsel waarin statiegeld niet verplicht was, mocht worden vervangen door een systeem waarin statiegeld wel verplicht is. Die verplichting ging automatisch in doordat het aandeel herbruikbare verpakkingen onder de 72% was gedaald.
Het Hof oordeelt dat richtlijn 94/62 niet in de weg staat aan maatregelen ter bevordering van systemen voor het hergebruik van verpakking, mits deze niet in strijd zijn met het EG-verdrag (met name het vrije verkeer van goederen). Voorts overweeg het Hof, dat producenten en verkopers van in terugwinbare wegwerpverpakkingen verpakte dranken die via een algemeen inzamelingssyteem voor verpakking voldoen aan hun statiegeld- en terugnameplicht, geen recht op de handhaving van een dergelijk algemeen systeem hebben. Het is aan de lidstaten om te kiezen tussen een systeem van statiegeld en individuele terugname en een algemeen inzamelingssysteem voor verpakkingen dan wel een combinatie van de beide systemen naar gelang het soort product. De lidstaten kunnen het gekozen systeem wijzigen.
Vervolgens oordeelt het Hof dat de organisatie van de nationale systemen inzake het hergebruik van verpakkingen niet volledig is geharmoniseerd. De Duitse bepaling moet worden getoetst aan het vrije verkeer van goederen. Het Hof oordeelt, dat het Duitse systeem een handelsbelemmering vormt. Het overschakelen naar een systeem van statiegeld en individuele terugname brengt immers voor buitenlandse drankenproducenten relatief hogere (vervoers)kosten met zich mee. Het Hof oordeelt vervolgens echter dat de invoering van het nieuwe systeem in beginsel gerechtvaardigd is, omdat het goed is voor het milieu. Wel is vereist dat:
Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten De uitspraken zijn relevant voor de lopende inbreukprocedure over het Convenant Verpakkingen III [Inbreuknummer 2003/4373] en voor het Besluit beheer verpakkingen en papier en karton. In dit besluit is de mogelijkheid van het verplicht invoeren van statiegeld opgenomen als stok achter de deur voor het geval dat het bedrijfsleven bepaalde afgesproken doelen van het verpakkingenbeleid niet haalt.
Voorstel voor behandeling De ICER zendt het fiche en het bijbehorende arrest ter kennisname aan de Ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu, van Economische Zaken en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, met het verzoek aan de Ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Economische Zaken om het arrest te betrekken bij de inbreukprocedure. Er is geen vervolgfiche nodig.