C-315/13 De Clercq ea

Contentverzamelaar

C-315/13 De Clercq ea

Prejudiciële Hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   10 oktober 2013
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   26 oktober 2013
Schriftelijke opmerkingen:                   26 november 2013
Trefwoorden: socialezekerheid; vrij verkeer van diensten

Onderwerp:
- VWEU artikel 56 en 57 (vrijheid dienstverlening)
- Richtlijn 96/71/EG van het EP en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten;
Verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van de verordening (EEG) nr. 1408/71 (enz);
- Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december betreffende diensten op de interne markt (P.B., L. 376, 27 december 2006)

Verzoekers (vijf onderaannemers, tevens bestuurders van de zesde verzoekster NV Thermotec) worden vervolgd wegens het niet voldoen aan regels inzake het van derden inhuren van werknemers, zoals bijvoorbeeld het doorgeven van bepaalde gegevens over die werknemers aan de dienst Sociale Inspectie van het Ministerie van Sociale Voorzorg. Thermotec is in BEL gevestigd machinebouwbedrijf met een zusterfirma in POL. Eerste en tweede verzoekers zijn bestuurders van het POL bedrijf. Bij een bedrijfsinspectie in BEL in 2008 worden POL werknemers aangetroffen voor wie de nodige papieren ontbraken (E 101 formulier) en evenmin een LIMOSA-melding was gedaan. Dat is de start van een gerechtelijk onderzoek. Het LIMOSA-systeem is ingevoerd eind 2006 en houdt in dat elektronisch melding moet worden gedaan voorafgaand aan de tewerkstelling van een werknemer die op BEL grondgebied wordt gedetacheerd. Verzoekers worden niet vervolgd wegens het nalaten van de LIMOSA-melding maar wel omdat zij er de oorzaak van zijn dat de betreffende POL werknemers hun identiteitsgegevens niet konden overleggen.

De verwijzende BEL rechter haalt de AG aan in een nog niet besliste hofzaak (C-577/10 CIE/BEL) en waarin BEL mogelijk wordt verordeeld wegens niet nakoming van zijn verplichtingen ex artikel 56 VWEU. Aangezien de zaak niet geheel vergelijkbaar is (onderhavige zaak gaat over detachering van werknemers, de CIE/BEL zaak betreft LIMOSA-meldingen door zelfstandigen. Hij besluit dan ook de volgende vraag voor te leggen aan het HvJEU:
“Moeten de bepalingen van de artikelen 56 en 57 VWEU (voorheen artt. 49 en 50 E.G.-Verdrag) en artikel 3, lid 1 en lid 10, van richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten (P.B. 1997, L. 18,21 januari 1997), al dan niet in samenhang gelezen met artikel 19 van de Richtlijn 2006/123/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december betreffende diensten op de interne markt (P.B., L. 376, 27 december 2006), zo worden geïnterpreteerd dat zij zich verzetten tegen art. 141 van de Programmawet (I) van 27 december 2006 krachtens dewelke aan de persoon bij wie of voor wie door gedetacheerde werknemers of gedetacheerde stagiairs, rechtstreeks of via onderaanneming werkzaamheden verricht worden, de verplichting wordt opgelegd om via elektronische weg (of bij onmogelijkheid per fax of per brief) voorafgaand aan het begin van de tewerkstelling van deze personen, de identiteitsgegevens van deze personen die niet in de mogelijkheid zijn het ontvangstbewijs afgeleverd aan hun werkgever van zijn voorafgaande melding voor te leggen, te melden aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid juncto art. 157 van de Programmawet (I) van 27 december 2006 en art. 183, eerste lid, 1e Sociaal strafwetboek, die de niet-naleving hiervan bestraft met correctionele strafsancties.”

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-60/03 Wolff et Müller; C-515/08 Dos Santos Palhota; C-577/10 CIE/BEL (concl AG)
Specifiek beleidsterrein: SZW

Gerelateerde documenten