C-346/02, 'Bonus-malus', arrest van 7 september 2004

Contentverzamelaar

C-346/02, 'Bonus-malus', arrest van 7 september 2004

Datum arrest, zaaknummer, partijen
Arresten van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen van 7 september 2004, C-346/02, Commissie/Luxemburg en C-347/02, Commissie/Frankrijk (bonus-malus)

Betrokken departementen
VWS, SZW, EZ, FIN

Sleutelwoorden
Verzekeringen - Derde richtlijn 'schadeverzekering' - Bonus-malussysteem

Beleidsrelevantie
Het beginsel van tariefvrijheid in de derde richtlijn schadeverzekering heeft een beperkte reikwijdte en is niet van toepassing op een wettelijke verplichting voor schadeverzekeraars een bepaald bonus-malussysteem te hanteren. De beperkte uitzonderingsgrond (noodzakelijk voor een algemeen prijscontrolesysteem) die voor dit beginsel geldt, is dan ook niet van toepassing op een dergelijk systeem. Deze uitspraak is gunstig voor het ontwerp van de Zorgverzekeringswet.

Samenvatting van feiten, redenering en dictum
Frankrijk en Luxemburg hebben een bonus-malussysteem verplicht gesteld voor aansprakelijkheidsverzekeringen voor autoschade. De Commissie heeft hiertegen een inbreukprocedure gestart. Volgens de Commissie is het verplicht stellen van een dergelijk bonus-malussysteem in strijd met het in de derde richtlijn schadeverzekering (richtlijn 92/49) neergelegde beginsel van tariefvrijheid en van afschaffing van preventief of systematisch toezicht op tarieven. Volgens dit beginsel is het de lidstaten verboden een voorafgaande of systematische mededeling en goedkeuring van tarieven te eisen die een verzekeraar wil gaan hanteren. Volgens het Hof is het bonus-malussysteem niet in strijd met het beginsel van tariefvrijheid. Dit systeem heeft weliswaar gevolgen voor de ontwikkeling van de premies, maar het leidt niet tot een rechtstreekse vaststelling van de tarieven door de staat, aangezien de verzekeraars de vrijheid behouden om de hoogte van de basispremies vast te stellen. Van een volledige tariefharmonisatie ter zake van schadeverzekeringen, met uitsluiting van iedere nationale maatregel die gevolgen voor de tarieven kan hebben, kan volgens het Hof geen sprake zijn zolang de gemeenschapswetgever zijn wil daartoe niet duidelijk tot uitdrukking heeft gebracht.

Aangezien de Commissie het voorwerp van het met redenen omkleed advies en van het onderhavige beroep heeft beperkt tot enkel de vaststelling van schending van het beginsel van tariefvrijheid en van afschaffing van preventief of systematisch toezicht op tarieven en verzekeringsovereenkomsten, verwerpt het Hof dit beroep.

Korte analyse
Het Hof geeft aan dat de derde richtlijn schadeverzekering geen volledige harmonisatie van nationale wetgevingen omvat. Dit volgt uit het feit dat het Hof een beperkte reikwijdte geeft aan het beginsel van tariefvrijheid. Dat beginsel heeft volgens het Hof slechts betrekking op maatregelen van lidstaten die rechtstreeks de hoogte van de premie bepalen en niet op maatregelen die slechts invloed hebben op de hoogte van de premie. Door deze beperkte uitleg van het beginsel van tariefvrijheid hebben lidstaten meer beleidsruimte. Voor wat betreft het beginsel van tariefvrijheid kent de richtlijn namelijk alleen een uitzondering voor maatregelen die nodig zijn voor een algemeen prijscontrolesysteem.

De andere, ruimere uitzonderingsgronden die de richtlijn kent, waren in het onderhavige geval niet aan de orde. De Commissie had immers schending van andere uitgangspunten van de richtlijn (zoals het verbod goedkeuring te eisen van voorwaarden van verzekeringspolissen) niet aan de orde gesteld. In geval van schending van deze uitgangspunten, zouden redenen van algemeen belang kunnen worden ingeroepen om bepaalde eisen te stellen, mits dit noodzakelijk is ter bescherming van dat algemeen belang en mits de eisen evenredig zijn. Het Hof heeft de bonus-malussystemen echter niet hoeven toetsen aan deze uitzonderingsgronden.

Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten voor het beleid, wetgeving, rechtspraak of rechtspraak op nationaal of Europees niveau
Dit arrest is interessant gezien het voorstel van de Zorgverzekeringswet dat op dit moment bij de Eerste Kamer aanhangig is. In dit wetsvoorstel zijn onder andere de toegestane hoogtes van het eigen risico en een no-claimteruggave bij beperkt zorggebruik geregeld. Deze maatregelen hebben invloed op de premies, maar de zorgverzekeraars behouden de vrijheid de hoogte van de premie vast te stellen. De voorgestelde maatregelen lijken daarom buiten de reikwijdte van het beginsel van tariefvrijheid te vallen en lijken daarmee onder de meer algemene uitzonderingsgronden voor het algemeen belang te kunnen vallen.

Voorstel voor behandeling
De ICER zendt het fiche en het bijbehorende arrest ter kennisneming toe aan de ministers van Financiƫn, Economische Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, en Volksgezondheid, Welzijn en Sport.