EU-Hof: prijspariteitsclausules kunnen in het mededingingsrecht van de EU in beginsel niet als ‘nevenrestricties’ worden aangemerkt

Contentverzamelaar

EU-Hof: prijspariteitsclausules kunnen in het mededingingsrecht van de EU in beginsel niet als ‘nevenrestricties’ worden aangemerkt

De prijspariteitsclausules die worden gebruikt in de overeenkomsten tussen onlinereserveringsplatformen en accommodaties vormen geen nevenrestricties bij die overeenkomsten. Dat is het antwoord van het EU-Hof op prejudiciële vragen van een Nederlandse rechter.

Het gaat om het arrest van het EU-Hof van 19 september 2024 in de zaak C-264/23, Booking.com en Booking.com (Deutschland).

Achtergrond

Booking.com, een te Amsterdam (Nederland) gevestigde vennootschap naar Nederlands recht, verleent wereldwijd onlinetussenhandelsdiensten voor de reservering van hotelkamers. Accommodaties betalen Booking.com een provisie voor elke reservering die klanten via het platform plaatsen. Hoewel zij gebruik mogen maken van alternatieve verkoopkanalen, mogen de accommodaties geen overnachtingen voor een lagere prijs aanbieden dan die op Booking.com. Aanvankelijk gold dit verbod zowel voor aanbiedingen op de eigen verkoopkanalen van de accommodaties als voor aanbiedingen op verkoopkanalen van derden (een zogenaamde ‘brede pariteitsclausule’). Sinds 2015 verbiedt een smalle variant van deze clausule enkel het aanbieden van overnachtingen voor een lagere prijs op eigen verkoopkanalen.

De Duitse rechterlijke instanties hebben, zonder het EU-Hof prejudiciële vragen te stellen, geoordeeld dat de (smalle en brede) prijspariteitsclausules die hotelreserveringsplatformen gebruiken, in strijd zijn met onder meer de EU-rechtelijke mededingingsregels. De Duitse federale mededingingsautoriteit was reeds tot dezelfde conclusie gekomen.

De rechtbank Amsterdam, waarbij Booking.com een vordering heeft ingesteld, onder meer tot vaststelling dat de door haar gebruikte pariteitsclausules geldig zijn, heeft besloten het EU-Hof prejudiciële vragen te stellen over de verenigbaarheid van de prijspariteitsclausules – zowel de brede als de smalle – met de EU-rechtelijke mededingingsregels.

EU-Hof

Het EU-Hof onderstreept dat de verlening van onlinehotelreserveringsdiensten door platformen als Booking.com een neutraal of zelfs positief effect op de mededinging heeft gehad. Enerzijds bieden deze diensten de consument toegang tot een groot aantal accommodatieaanbiedingen die hij eenvoudig en snel kan vergelijken op basis van verschillende criteria, en anderzijds vergroten zij de zichtbaarheid van de accommodatie.

Daarentegen is volgens het EU-Hof niet aangetoond dat de prijspariteitsclausules – zowel de brede als de smalle – objectief noodzakelijk zijn voor het verwezenlijken van deze primaire transactie en evenredig zijn aan het daarmee nagestreefde doel. Met betrekking tot de brede pariteitsclausules moet in dit verband worden opgemerkt dat zij niet alleen de concurrentie tussen de verschillende hotelreserveringsplatformen kunnen beperken, maar ook het risico inhouden dat kleine en nieuwe platformen worden verdrongen. Hetzelfde geldt voor de smalle pariteitsclausules. Hoewel deze clausules op het eerste gezicht minder beperkend zijn voor de mededinging en bedoeld zijn om het risico op meeliftgedrag aan te pakken, blijken zij niet objectief noodzakelijk om de economische levensvatbaarheid van het hotelreserveringsplatform te verzekeren.

Meer informatie: