Europese Commissie presenteert voorstel tot wijziging van vier ‘ontbijtrichtlijnen’

Contentverzamelaar

Europese Commissie presenteert voorstel tot wijziging van vier ‘ontbijtrichtlijnen’

De vier ‘ontbijtrichtlijnen’ bevatten gemeenschappelijke regels voor de samenstelling, de verkoopbenaming, de etikettering en de presentatie van honing, vruchtensappen, vruchtenjam, kastanjepasta en verduurzaamde melk. Gelet op de ontwikkelingen op de markten van deze levensmiddelen heeft de Commissie een voorstel gepresenteerd om de vier richtlijnen te wijzigen.

Achtergrond

De zogeheten ‘ontbijtrichtlijnen’ zijn een reeks van zeven richtlijnen met gemeenschappelijke regels voor de samenstelling, de verkoopbenaming, de etikettering en de presentatie van bepaalde levensmiddelen (bijvoorbeeld jam, vruchtensappen en honing). De richtlijnen hebben als doel de belangen van de consumenten te beschermen en het vrije verkeer van die producten op de Europese interne markt te waarborgen.

Producten waarvoor dergelijke gemeenschappelijke regels zijn vastgesteld, mogen slechts onder de respectieve verkoopbenamingen in de handel worden gebracht als zij aan die regels voldoen. Het gebruik van deze verkoopbenamingen is volgens de Commissie doorgaans commercieel zeer aantrekkelijk, omdat consumenten de benamingen herkennen en er hun aankoopbeslissing op baseren.

De huidige ‘ontbijtrichtlijnen’ bestaan inmiddels al meer dan tien jaar. In die tijd zijn de markten voor levensmiddelen volgens de Commissie aanzienlijk geëvolueerd, onder invloed van innovatie, maar ook als gevolg van wijzigingen in de consumentenvraag. Om die reden heeft de Europese Commissie op 21 april 2023 een richtlijnvoorstel gepresenteerd om vier van de zeven ‘ontbijtrichtlijnen’ te wijzigen. Het gaat om richtlijn 2001/110 (honing), richtlijn 2001/112 (vruchtensappen en soortgelijke producten), richtlijn 2001/113 (vruchtenjam en kastanjepasta) en richtlijn 2001/114 (verduurzaamde melk).

Het in de vorige alinea bedoelde voorstel gaat gepaard met voorstellen voor gedelegeerde handelingen en uitvoeringshandelingen die betrekking hebben op verse groenten en fruit, eieren en pluimvee. De teksten van die handelingen zullen gedurende een maand beschikbaar zijn voor feedback van het publiek. Daarna zullen de gedelegeerde handelingen worden vastgesteld en voor een toetsingsperiode van twee maanden worden toegezonden aan het Europees Parlement en de Raad. De Commissie zal ze aan het einde van die procedure publiceren

Inhoud van het richtlijnvoorstel en de voorstellen voor gedelegeerde en uitvoeringshandelingen

  • oorsprongsetikettering: duidelijkere, verplichte oorsprongsetikettering voor honing, noten en gedroogde vruchten, gerijpte bananen en getrimde, verwerkte en gesneden groenten en fruit (zoals verpakte slabladeren). Het land, of de landen van oorsprong in het geval van mengsels, moet op het etiket worden vermeld. De vermelding van het land van oorsprong zal de transparantie voor de consument vergroten. Het moet ook de productie van die producten in de EU bevorderen.
  • voedselverspilling: de voorstellen gaan levensmiddelenafval en verpakkingsafval tegen. Zo zouden zogenaamde “lelijke” groenten en fruit (met uitwendige gebreken maar nog altijd geschikt voor lokale/directe consumptie) die lokaal en rechtstreeks door producenten aan de consument worden verkocht, worden vrijgesteld van de verplichting om aan handelsnormen te voldoen. De valorisatie ervan in hun “verse” staat zou consumenten meer mogelijkheden bieden om verse groenten en fruit te kopen tegen betaalbaardere prijzen en zou producenten ten goede komen die actief zijn in korte toeleveringsketens. Bepaalde producten die door natuurrampen of andere uitzonderlijke omstandigheden zijn getroffen, kunnen ook worden verkocht als ze veilig kunnen worden geconsumeerd.
  • verpakking: voor donatie bestemde producten kunnen van de belangrijkste etiketteringsregels worden vrijgesteld. Dit zal het papierwerk en de etikettering beperken en daardoor de betrokkenheid van exploitanten bij donaties vergemakkelijken.
  • vruchtensappen: op vruchtensappen kan de vermelding “zonder toegevoegde suikers” worden aangebracht om te verduidelijken dat vruchtensappen, in tegenstelling tot vruchtennectars, per definitie geen toegevoegde suikers kunnen bevatten — een kenmerk waarvan de meeste consumenten niet op de hoogte zijn. Om tegemoet te komen aan de toenemende vraag van de consument naar producten met een lager suikergehalte, zou op het etiket van vruchtensap met een herwerkte formule bovendien “vruchtensap met verlaagd suikergehalte” vermeld mogen worden. Om verder te vereenvoudigen en rekening te houden met de smaak van de consument, kan naast “kokossap” nu de term “kokoswater” worden gebruikt.
  • jam en marmelade: het minimale fruitgehalte van jam wordt verhoogd van 350 tot 450 gram per kilogram eindproduct (550 gram voor extra kwaliteit). Door de algemene verhoging van het fruitgehalte zou de consument een product met minder vrije suikers en meer fruit aangeboden krijgen dan nu het geval is. De term “marmelade”, die tot nu toe alleen is toegestaan voor jam van citrusvruchten, zou nu voor alle jam gebruikt mogen worden om de naam van het product te kunnen aanpassen aan de lokaal meest gangbare.
  • eieren: in buitenruimten die worden gebruikt voor de productie van scharreleieren mogen nu zonnepanelen worden gebruikt. Dat zal energievoorziening uit hernieuwbare bronnen stimuleren. Eieren zouden ook meteen op het bedrijf worden gemerkt, wat de traceerbaarheid zal verbeteren.

Meer informatie: