Europese Commissie start consultatie over gewijzigde de-minimis landbouw

Contentverzamelaar

Europese Commissie start consultatie over gewijzigde de-minimis landbouw

In de consultatie bevraagt de Commissie onder meer over het voorstel om de de-minimisgrens voor landbouwsteun van 20 000 euro naar 37 000 euro, berekend over een periode van 3 jaar, te verhogen.

De Europese Commissie startte de publieke consultatie op 7 juni 2024, met de uitnodiging aan alle belanghebbenden om opmerkingen te maken over gerichte ontwerp-wijzigingen van de regels inzake kleine steunbedragen voor de landbouwsector (zie de huidige de-minimisverordening voor de landbouw (EU 1408/2013)). Alle belanghebbenden hebben tot 21 juli 2024 de tijd om op deze consultatie te reageren. Meer informatie, onder meer over hoe een bijdrage in consultatie kan worden ingediend, is hier beschikbaar. Naast de publieke consultatie die van start is gegaan, zal het conceptvoorstel ook worden besproken in overleg tussen de Europese Commissie en de lidstaten.

De voorgestelde wijzigingen
De huidige de-minimisverordening voor de landbouw stelt al kleine bedragen vrij van het toezicht op staatssteun. Die bedragen worden namelijk geacht geen gevolgen te hebben voor de mededinging en het handelsverkeer op de EU-interne markt.

Na de laatste herziening van staatssteunregels in de landbouwsector in 2019 (zie ook persbericht van de Commissie) kunnen lidstaten in de landbouwsector momenteel steun toekennen tot 20 000 euro per begunstigde over een periode van drie boekjaren zonder dat die steun vooraf hoeft te worden aangemeld om goedkeuring van de Commissie te krijgen. Indien een lidstaat op nationaal niveau over een centraal de-minimisregister beschikt, geldt een hoger plafond van 25 000 euro over een periode van drie boekjaren. Naast deze plafonds per begunstigde heeft elke EU-lidstaat een nationaal maximumbedrag voor dit soort steun (een zogenaamd “nationaal maximum”), dat mogelijke concurrentievervalsing moet voorkomen.

De huidige de-minimisverordening voor de landbouw loopt af op 31 december 2027. Een herziening van deze verordening stond gepland vóór die datum.

De Commissie heeft nota genomen van de conclusies van de Europese Raad van 17 en 18 april 2024 over het belang van een concurrerende, duurzame en veerkrachtige landbouwsector (zie ook dit ECER-bericht). Tegen deze achtergrond, en gezien de toenemende inflatiedruk op de landbouwsector en de hoge grondstoffenprijzen, is de Commissie daarom al eerder – namelijk begin mei 2024 (zie ook persbericht van de Commissie)- begonnen met een gerichte herziening van de de-minimisverordening voor de landbouw. Met de gestarte consultatie vraagt de Commissie om feedback over de vervroegde herziening van de de-minimisverordening voor de landbouw.

De ontwerp-wijzigingen omvatten de volgende aanpassingen:

  • Het maximale de-minimisplafond per onderneming over drie jaar wordt verhoogd van 25 000 naar  37 000 euro, om rekening te houden met inflatie.
  • De “nationale maxima”, die worden berekend op basis van de waarde van de landbouwproductie, worden aangepast. In de huidige regels wordt bij deze berekening de periode 2012-2017 als referentie gebruikt. Deze referentieperiode wordt nu verruimd tot de periode 2012-2023. Zo kan rekening worden gehouden met de toegenomen waarde van de landbouwproductie, met name in de afgelopen jaren, en kan het nationale maximum voor alle lidstaten ook worden verhoogd.
  • Het maximale steunbedrag zal voortaan worden berekend over een periode van drie jaar in plaats van over drie boekjaren, overeenkomstig de niet-sectorspecifieke algemene de-minimisregels (EU-Verordening 2023/2831).
  • Op nationaal of Europees niveau komt er een verplicht centraal register voor de-minimissteun. Dit moet de transparantie vergroten en de regeldruk verminderen voor landbouwers die momenteel een systeem van eigen verklaringen gebruiken. Zij hoeven dan namelijk niet langer zelf de naleving van de regels te monitoren (momenteel zijn dit soort centrale registers vrijwillig voor de lidstaten).

Door het maximale de-minimisplafond per onderneming op te trekken om rekening te houden met inflatie, bieden de voorgestelde wijzigingen de lidstaten meer mogelijkheden om landbouwers eenvoudiger, sneller, directer en efficiënter te steunen doordat dit soort steun niet hoeft te worden aangemeld bij of goedgekeurd door de Commissie. Deze voorgestelde wijzigingen zullen ook de regeldruk voor landbouwers verminderen doordat er verplichte centrale de-minimisregisters komen, die de rapportageverplichtingen voor landbouwers – meestal micro-ondernemingen of mkb-bedrijven – zullen verlichten.

Ten slotte beoogt de herziening de verordening te verlengen tot en met 2032.

Achtergrond
Artikel 108, lid 3, van het EU-Werkingsverdrag stelt dat lidstaten alle staatssteun bij de Europese Commissie aanmelden en deze pas uitvoeren nadat ze van de Commissie goedkeuring hebben gekregen. De EU-machtigingsverordening inzake staatssteun (EU 2018/1911) biedt de Commissie de mogelijkheid bepaalde categorieën staatssteun met de EU-interne markt verenigbaar te verklaren en vrij te stellen van de aanmeldingsverplichting uit het Verdrag.

Meer informatie over staatssteun in de landbouwsector is te vinden op de speciale website van DG Concurrentie.

Meer informatie:
Persbericht Europese Commissie
ECER-dossier: Staatssteun- Vrijstellingsverordeningen- De-minimis