T-221/25 TUI Belgium
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 11 juni 2025 Schriftelijke opmerkingen: 28 juli 2025
Trefwoorden: Onderwerp: Richtlijn 77/388/EEG, thans Richtlijn 2006/112/EG
Het geschil betreft de heffing van btw op vakantiereizen buiten Unie die werden aangeboden door TUI, deel uitmakend van de Belgische btw-eenheid TRAVEL4YOU, en diverse verzoeken om teruggaaf van btw door TUI en TRAVEL4YOU in hun btw aangiften.
Prejudiciële vragen: 1. Is voor de toepassing van de stand-stillbepaling van artikel 28, lid 3, a) en vierde lid en bijlage 15, punt 4, Richtlijn 77/388/EEG, thans artikel 370 en bijlage X, deel A, sub 4, Richtlijn 2006/112/EG, een uitdrukkelijke wettelijke bepaling vereist waarmee wordt afgeweken van de in artikel 26, lid 3, Richtlijn 77/388/EEG, thans artikel 309 Richtlijn 2006/112/EG, bepaalde btw-vrijstelling van reisbureaus voor reisdiensten buiten de Europese Unie?"
2. Dient artikel 28, lid 3, a), en lid 4 en bijlage E, punt 15, Richtlijn 77/388/EEG, thans artikel 370 en bijlage X, deel A, sub 4, Richtlijn 2006/112/EG, aldus te worden uitgelegd dat een na de inwerkingtreding van Richtlijn 77/388/EEG aan de bestaande wetgeving aangebrachte wijziging waarbij de uitdrukkelijke wetsbepaling die de belastbaarheid van door reisbureaus verrichte reisdiensten buiten de EU tot gevolg had, wordt geschrapt en wordt vervangen door bepalingen waaruit slechts impliciet volgt dat reisdiensten buiten de EU belastbaar blijven, moet worden beschouwd als een wetgeving die niet op de voornaamste punten identiek is aan de vroegere wetgeving en van een andere hoofdgedachte uitgaat?
Aangehaalde jurisprudentie:
Specifiek beleidsterrein: FIN FISC, FIN, EZ