T-395/25 DelayFix

Contentverzamelaar

T-395/25 DelayFix

Prejudiciële hofzaak  

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     4 augustus 2025
Schriftelijke opmerkingen:                     21 september 2025

Trefwoorden: passagiersrechten, compensatie, vertraagde en geannuleerde vluchten

Onderwerp: Verordening (EG) Nr. 261/2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91: artikel 7, lid 2, onder c. 

Op 9 oktober 2024 vorderde verzoekster 600 euro van Lufthansa AG aan compensatie voor de geannuleerde en vertraagde vluchten van passagier ‘Z.C.’. Lufthansa eist daarentegen gedeeltelijke verwerping van het gevorderde bedrag op basis van artikel 7, lid 2, onder c van verordening 261/2004, aangezien zij een alternatieve reis aan de passagier hebben aangeboden die zou starten op hetzelfde tijdstip als de oorspronkelijke reis met een vertraagde geplande aankomsttijd van minder dan 4 uur. Volgens de Poolse rechter ligt de vraag in hoe de voorwaarde voor verlaging van de compensatie dient te worden toegepast in een situatie waarin de aangeboden vlucht door een andere luchtvaartmaatschappij wordt uitgevoerd.

Prejudiciële vraag: 
1) Moet artikel 7, lid 2, onder c), van verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 (PB 2004, L 46, blz. 1) aldus worden uitgelegd: 
a) dat wanneer de alternatieve vlucht door een andere luchtvaartmaatschappij wordt uitgevoerd dan de luchtvaartmaatschappij die de oorspronkelijke vlucht had moeten uitvoeren, het voor de verlaging van de in lid 1 bedoelde compensatie met 50 % noodzakelijk is dat de daadwerkelijke aankomsttijd van de aan de passagier aangeboden alternatieve vlucht niet meer dan vier uur later is dan de geplande aankomsttijd van de oorspronkelijk geboekte vlucht, of 
b) dat het voldoende is dat de geplande (in de dienstregeling opgenomen) aankomsttijd van de alternatieve vlucht niet meer dan vier uur later is dan de geplande aankomsttijd van de oorspronkelijk geboekte vlucht?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-402/07 en C-432/07, C-344/04 International Air Transport Association e.a, C-832/18 Finnair.

Specifiek beleidsterrein: IenW