Toepassing van het EU-Handvest van de grondrechten in nationale wetgeving en beleidsvorming
Nieuwsbericht | 26-06-2020
De EU beschikt sinds 2000 over een eigen ‘bill of rights’: het EU-Handvest van de grondrechten. In 2009 werd het EU-Handvest juridisch bindend en heeft het dezelfde juridische waarde als de EU-Verdragen. Als een zeer actuele mensenrechtencatalogus, die vele rechten omvat die in erkende grondrechtenverklaringen niet terug te vinden zijn, ziet het EU-Handvest er op papier zeer goed uit.
De realiteit is echter dat rechtsbeoefenaars vaak niet zeker zijn of het EU-Handvest op een bepaalde situatie van toepassing is en op welke manier het toegevoegde waarde biedt. Zelfs onder deskundigen wordt niet altijd goed begrepen wat al dan niet binnen het toepassingsgebied van het EU-Handvest valt. Rechtsbeoefenaars – rechters, ambtenaren, wetgevers en beleidsmakers – verwijzen zelden naar het EU-Handvest. Wanneer zij wel een verwijzing maken, zijn deze verwijzingen vaak oppervlakkig.
Het handboek van het EU-Grondrechtenbureau beoogt een beter inzicht in het EU-Handvest te bevorderen, onder meer wat betreft de toepasselijkheid ervan binnen wetgeving en beleidsvorming. Een gedetailleerde controle van de toepasselijkheid van het EU-Handvest uitvoeren, loont steeds de moeite. Zelfs wanneer het besluit is dat het EU-Handvest niet van toepassing is, benadrukt de uitvoering van een “Handvestcontrole” het belang van mensenrechten in het kader van wetgeving en beleidsvorming.