C-715/23 Farmacija

Contentverzamelaar

C-715/23 Farmacija

Prejudiciële hofzaak 

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak , en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:    8 februari 2024
Schriftelijke opmerkingen:                    25 maart 2024

Trefwoorden: farmaceutische dienstverlening; diensten van algemeen belang; concessieovereenkomst

Onderwerp: Richtlijn 2014/23 van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende het plaatsen van concessieovereenkomsten: artikelen 1, 4 en 19.

Feiten:

Verzoekende partij is Farmacija en verwerende partij is de gemeente Benedikt. Op 11 maart 22 heeft de gemeente aan MN een machtiging verleend om in Benedikt een apotheekfiliaal te exploiteren. Van de concessieaankondiging is geen voorafgaande bekendmaking gedaan. Farmacija heeft zich beklaagd bij de gemeente over het feit dat de gemeente niet de geldende procedure heeft gevolgd voor het machtigen van concessies voor farmaceutische dienstverlening, en stelt een herzieningsverzoek van het besluit in. Dit verzoek wordt verworpen, omdat volgens de gemeente het verlenen van de machtiging geen gunning van een dienstenconcessie is waarop de betreffende richtlijn van toepassing is. Hiertoe is beroep ingesteld.

Overweging:

De verwijzende rechter twijfelt of een verlening van een concessie voor farmaceutische dienstverlening onder de reikwijdte van richtlijn 2014/23 valt, omdat niet-economische diensten van algemeen belang uitgezonderd zijn van de richtlijn. Enerzijds is de gezondheidszorg in de nationale regelgeving aangemerkt als zijnde niet-economische dienst van algemeen belang, maar anderzijds krijgen de verleners van apotheekdiensten een vergoeding. Daarnaast vraagt de rechter zich af onder welke categorie de diensten eventueel wel kunnen vallen binnen de richtlijn als zij geen niet-economische diensten van algemeen belang zijn.

Prejudiciële vragen:

1) Kan farmaceutische dienstverlening, die hoofdzakelijk betrekking heeft op de levering aan gebruikers van geneesmiddelen voor menselijk gebruik die al dan niet op doktersrecept verkrijgbaar zijn, samen met het adviseren van gebruikers met het oog op een juist en veilig gebruik van die geneesmiddelen, worden aangemerkt als een „niet-economische dienst van algemeen belang” in de zin van artikel 4, lid 2, van richtlijn 2014/23?

2) Valt farmaceutische dienstverlening, die hoofdzakelijk betrekking heeft op de levering aan gebruikers van geneesmiddelen voor menselijk gebruik die al dan niet op doktersrecept verkrijgbaar zijn, samen met het adviseren van gebruikers met het oog op een juist en veilig gebruik van die geneesmiddelen, onder sociale en andere specifieke diensten in de zin van artikel 19 van richtlijn 2014/23?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-296/15 Medisanus; C-367/19 Taks-Fin-Lex; C-486/21 Sharengo; C-531/06 Commissie/Italië; C-171/07 en C-172/07 Apothekerkammer des Saarlandes e.a.

Specifiek beleidsterrein: VWS; BZK; EZK

Gerelateerde documenten