C-168/20 MH et ILA
Prejudiciële hofzaak
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar). Termijnen: Motivering departement: 6 juli 2020 Schriftelijke opmerkingen: 22 augustus 2020
Trefwoorden : vrijheid van vestiging; pensioen; insolventie; forumshopping
Onderwerp :
Richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad (van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden;
Feiten:
Verzoekers zijn de curatoren van verweerder. Verweerder is op eigen verzoek failliet verklaard door de High Court te Londen in november 2012. Vóór zijn faillissement was verweerder een bekende projectontwikkelaar die voornamelijk in Ierland actief was. Hij is samen met zijn vrouw in juli 2011 naar Londen verhuisd en de High Court heeft aanvaard dat hij op de datum van de indiening van de faillissementsaanvraag zijn centrum van voornaamste belangen van Ierland naar het Verenigd Koninkrijk had verplaatst. Verweerder betoogt dat zijn Ierse pensioenrechten moeten worden uitgesloten van de failliete boedel. Hij stelt dat, indien hij niet bij een Ierse pensioenvoorziening maar bij een Britse geregistreerde pensioenvoorziening zou zijn aangesloten, zijn pensioenvoorziening als een “goedgekeurde pensioenregeling” zou worden aangemerkt en alle pensioenrechten dan zouden worden uitgesloten van de failliete boedel. Verweerder stelt dat het Unierecht vereist dat zijn pensioenrechten op dezelfde wijze worden behandeld. Verzoekers stellen dat verweerder op het tijdstip van zijn faillissement in Engeland in 2012 nog steeds begunstigde was van de polis en dat de financiële aanspraken die op grond daarvan geldend kunnen worden gemaakt – als onderdeel van de failliete boedel – aan de beheerders daarvan toekomen.
Overweging:
Pensioenrechten uit hoofde van voorzieningen die bij de belastingdienst van het Verenigd Koninkrijk zijn geregistreerd zijn in beginsel uitgesloten van de failliete boedel. Met betrekking tot pensioenregelingen die niet bij de belastingdienst van het Verenigd Koninkrijk zijn geregistreerd, komt een gefailleerde echter slechts geheel of gedeeltelijk in aanmerking voor uitsluiting van zijn rechten uit de failliete boedel. De High Court heeft besloten om over dit punt betreffende de verenigbaarheid met het Unierecht een prejudiciële vraag te stellen.
Prejudiciële vragen:
1) Wanneer een onderdaan van een lidstaat zijn rechten uit hoofde van de artikelen 21 en 49 VWEU en [richtlijn 2004/38/EG van het Europees Parlement en de Raad (van 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden [...])] heeft uitgeoefend door te verhuizen naar het Verenigd Koninkrijk of zich aldaar te vestigen, is het dan verenigbaar met die bepalingen dat Section 11 WRPA 1999 de uitsluiting van de failliete boedel van pensioenrechten in een pensioenvoorziening, met inbegrip van de in een andere lidstaat gevestigde en fiscaal goedgekeurde pensioenvoorzieningen, afhankelijk stelt van de voorwaarde dat de betrokken pensioenregeling ten tijde van het faillissement was geregistreerd volgens Section 153 van de Finance Act 2004 of deze regeling wordt vermeld in Regulation 2 van de besluiten van 2002, en dus in het Verenigd Koninkrijk fiscaal is goedgekeurd?
2) Is het voor de beantwoording van vraag 1) relevant of noodzakelijk:
a) dat wordt nagegaan of de betrokkene in de eerste plaats naar het Verenigd Koninkrijk is verhuisd om aldaar een faillissementsaanvraag in te dienen?
b) dat rekening wordt gehouden met (i) de bescherming waarop de gefailleerde krachtens Section 12 WRPA 1999 aanspraak kan maken met betrekking tot nietgoedgekeurde pensioenregelingen en (ii) de mogelijkheid voor de curatoren om bedragen terug te vorderen met betrekking tot goedgekeurde pensioenregelingen?
c) dat rekening wordt gehouden met de voorwaarden waaraan geregistreerde en fiscaal goedgekeurde pensioenvoorzieningen in het Verenigd Koninkrijk moeten voldoen?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie:
Specifiek beleidsterrein: FIN SZW; EZK