C-242/09 Albron Catering BV tegen FNV Bondgenoten en John Roest, arrest van 21 oktober 2010

Contentverzamelaar

C-242/09 Albron Catering BV tegen FNV Bondgenoten en John Roest, arrest van 21 oktober 2010

Signaleringsfiche

Arrest van het Hof van Justitie van 21 oktober 2010, C-242/09, Albron Catering BV tegen FNV Bondgenoten en John Roest

Betrokken departementen
SZW, BZK, V&J, EL&I

Sleutelwoorden
Overgang van onderneming – Richtlijn 2001/23/EG – Behoud van rechten van werknemers – Concern waarvan werknemers in dienst zijn van ‘werkgeversvennootschap’ en permanent zijn tewerkgesteld bij ‘werkmaatschappij’ – Overgang van werkmaatschappij

Beleidsrelevantie
Werknemers die een arbeidsovereenkomst hebben met een personeelsvennootschap (of een andere werkmaatschappij) maar via detachering feitelijk werkzaam zijn bij een andere werkmaatschappij binnen hetzelfde concern, behouden bij een overgang van onderneming van die werkmaatschappij de uit de arbeidsovereenkomst voortvloeiende rechten.

Samenvatting van feiten, redenering en dictum
Binnen het Heineken-concern is al het personeel in dienst van Heineken Nederlands Beheer BV (HNB, de personeelsvennootschap in het arrest aangeduid als ‘werkgeversvennootschap’). HNB detacheert op permanente basis het personeel bij afzonderlijke ‘werkmaatschappijen’ van het concern, zoals Heineken Nederland BV (HNBV), die de catering van het concern verzorgt. HNBV heeft de cateringactiviteiten vanaf 1 maart 2005 overgedragen aan Albron Catering BV. De vraag is of het door Albron overgenomen personeel de arbeidsvoorwaarden behoudt die het bij HNB had, nu dit personeel geen arbeidsovereenkomst met HNBV had maar met HNB.
In richtlijn 2001/23/EEG is geregeld dat bij overgang van onderneming de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de bestaande arbeidsovereenkomst of arbeidsbetrekking ten aanzien van een werknemer, van de verveemder overgaan op de verkrijger. Zo wordt de rechtspositie van de werknemers beschermd. Tot nu toe werd er van uitgegaan dat alleen het personeel dat een arbeidsovereenkomst met de vervreemder had, werd beschermd.
Het Hof oordeelt dat de bescherming van de richtlijn ook in de geschetste situatie moet gelden. De term arbeidsbetrekking kan volgens het Hof uitgelegd worden als een arbeidsverhouding zonder contractuele band. In een situatie waarin een contractuele en een non-contractuele werkrelatie naast elkaar voorkomen, hoeft de contractuele werkgever niet systematisch te prevaleren. Bij overgang van onderneming wordt degene die verantwoordelijk is voor de economische activiteiten van de overgedragen economische eenheid als vervreemder beschouwd. In een situatie als de onderhavige kan dus de werkmaatschappij die de economische activiteiten overdraagt als vervreemder worden aangemerkt, ook al hebben de werknemers geen arbeidsovereenkomst met deze werkmaatschappij. Dit betekent dat de werknemers in deze situatie ook worden beschermd.

Eerste inventarisatie van de mogelijke effecten
Het arrest heeft geen gevolgen voor de Nederlandse regelgeving.
Op grond van deze uitspraak is verduidelijkt dat de bescherming van richtlijn 2001/23/EEG voor het behoud van rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen, in ieder geval ook geldt voor werknemers die binnen een concern zijn gedetacheerd. Dit geldt zowel wanneer werknemers door een personeelsvennootschap als door een werkmaatschappij van een concern permanent zijn gedetacheerd bij een (andere) werkmaatschappij. Het Hof gaat in deze uitspraak niet in op andere situaties waarin sprake is van een niet-contractuele werkgever (detachering buiten concernverband, uitzendarbeid). Het dictum van dit arrest is uitdrukkelijk beperkt tot werknemers die permanent binnen het concernverband zijn gedetacheerd. Of de bescherming van de richtlijn ook kan gelden in andere al dan niet permanente non-contractuele werkrelaties, zal latere jurisprudentie moeten uitwijzen.

Voorstel voor behandeling

De ICER zendt dit fiche en het arrest ter kennisname aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Veiligheid en Justitie. Een vervolgfiche is niet noodzakelijk.