C-285/14 Brasserie Bouquet
Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie
Termijnen: Motivering departement: 28 juli 2014 (Concept-) schriftelijke opmerkingen: 14 augustus 2014 Schriftelijke opmerkingen: 14 september 2014 Trefwoorden: accijns; douane/belastingen
Onderwerp Richtlijn 92/83/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op alcohol en alcoholhoudende dranken
Verzoekster (verweerster in de nationale procedure) is een restaurant waarin zij zelf-gebrouwen bier verkoopt. Zij wordt aangeslagen voor een specifiek recht maar verzoekster is van mening dat zij in aanmerking komt voor een verlaagd tarief als tegenprestatie voor de naleving van de in de „Bijbel van de Cercle des trois brasseurs” opgenomen verplichtingen. De douaneAut zijn het daar niet mee eens en sturen verzoekster een navordering voor de periode december 2007 – november 2010. Hiertegen gaat verzoekster in beroep en vervolgens in hoger beroep. Het Hof stelt haar in het gelijk waarna de belastingdienst in cassatie gaat.
De FRA cassatierechter constateert dat in richtlijn 92/83/EEG voor de toepassing van verlaagde accijnstarieven onder kleine zelfstandige brouwerij wordt verstaan een brouwerij die niet onder licentie werkt. Er wordt in de RL geen definitie gegeven van het begrip werken onder licentie. Hij besluit het HvJEU de volgende vraag voor te leggen: „Moet artikel 4, lid 2, van richtlijn 92/83/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op alcohol en alcoholhoudende dranken aldus worden uitgelegd dat onder werken onder licentie uitsluitend wordt verstaan werken onder een licentie voor het gebruik van een octrooi of merk, of kan het aldus worden uitgelegd dat onder werken onder licentie wordt verstaan werken volgens een aan een derde toebehorend productieproces, waarvoor door die derde toestemming is verleend?”
Specifiek beleidsterrein: FIN