C-404/13 ClientEarth

Contentverzamelaar

C-404/13 ClientEarth

Prejudiciële Hofzaak

Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak
Klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie

Termijnen: Motivering departement:   14 oktober 2013
(Concept-) schriftelijke opmerkingen:   30 oktober 2013
Schriftelijke opmerkingen:                   30 november 2013
Trefwoorden: milieu; luchtkwaliteit

Onderwerp
- Kaderrichtlijn luchtkwaliteit (richtlijn 96/62/EG) van de Raad van 27 september 1996 inzake de beoordeling en het beheer van de luchtkwaliteit;
- Richtlijn 2008/50/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2008 betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa
(Pb L 152 van 11.6.2008

Het VK is verdeeld in 43 zones en agglomeraties voor vaststelling van de luchtkwaliteit. In 2010 werd in 40 van die gebieden overschrijding van de grenswaarden voor stikstofdioxiden geconstateerd. In openbare rapporten werd vermeld dat voor zeventien gebieden, waaronder Groot-Londen, wel aan de grenswaarden zou worden voldaan. Er is termijnverlenging aangevraagd bij de EURCIE om de doelstellingen alsnog te halen. Maar de EURCIE geeft niet in alle gevallen toe.
Verzoeker is als non-gouvernementele milieubeschermingsorganisatie geen onbekende in procedureland. Hij heeft in 2011 de rechter verzocht de verantwoordelijke bewindspersoon te gelasten de plannen te herzien opdat zo snel mogelijk aan de gestelde eisen zou kunnen worden voldaan. De rechter (High Court) wijst die eis af omdat (artikel 22 van) de RL daarvoor geen dwingende bepaling bevat. Mede wegens de politieke beladenheid van het onderwerp (oplossing van het probleem zou op de belastingbetaler een zware financiële last leggen) stellen rechters zich op dit gebied terughoudend op.

Verzoeker gaat in hoger beroep tegen de afwijzing, en nadat ook dat is afgewezen komt de zaak in 2013 voor de ‘Supreme Court’. Dat Hof stuit op ‘moeilijke problemen van Europees recht die waarschijnlijk een aantal lidstaten raken’. Omdat die problemen nog niet eerder aan het HvJEU zijn voorgelegd vraagt de VK-verwijzende rechter het Hof de volgende vragen te beantwoorden:
1) Indien, in de zin van richtlijn 2008/50/EG betreffende de luchtkwaliteit (hierna: „richtlijn”), in een bepaalde zone of agglomeratie overeenstemming met de grenswaarden voor stikstofdioxide niet wordt bereikt op het in bijlage XI bij de richtlijn genoemde uiterste tijdstip van 1 januari 2010, is een lidstaat dan ingevolge de richtlijn of artikel 4 VEU verplicht om uitstel van het tijdstip aan te vragen overeenkomstig artikel 22 van de richtlijn?
2) Indien vraag 1 bevestigend wordt beantwoord, kan een lidstaat worden bevrijd van die verplichting, en zo ja in welke omstandigheden?
3) Worden de verplichtingen van een lidstaat die artikel 13 niet heeft nageleefd, geraakt door artikel 23 (met name lid 2 daarvan), en zo ja in hoeverre?
4) In geval van niet-naleving van de artikelen 13 of 22, moet een nationale rechter dan ingevolge het Europese recht op verzoek maatregelen gelasten om te voldoen aan artikel 30 van de richtlijn en/of de artikelen 4 VEU of 19 VEU, en zo ja welke?

Specifiek beleidsterrein: IenM

Gerelateerde documenten