C-473/17 Repsol Butano
Prejudiciële hofzaak Zie bijlage rechts voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het volledige dossier van het Hof van Justitie. Termijnen: Motivering departement: 10 oktober 2017 Schriftelijke opmerkingen: 26 november 2017 Trefwoorden: gas; mededinging; evenredigheidsbeginsel; prijzen Onderwerp: - Richtlijn 2003/55/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2003 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas (vervangen door richtlijn 2009/73/EG van 13 juli 2009). - Richtlijn 2009/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 juli 2009 betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas en tot intrekking van Richtlijn 2003/55/EG. Feiten: Sinds wet 34/1998 is gasvoorziening niet langer een opdracht van openbare dienst, het wordt echter nog altijd als een activiteit in het algemeen belang beschouwd. De vierde overgangsbepaling van wet 34/1998 bood de Spaanse regering de mogelijkheid tijdelijk een maximumprijs vast te stellen voor vloeibaar petroleumgas in flessen. Voor die prijs werd het product ook thuis bezorgd. De thans geldende regeling voor vloeibaar petroleumgas in flessen is vervat in koninklijk wetsbesluit 8/2014. Na deze wijziging van wet 34/1998 is het bestreden besluit uitgevaardigd, waartegen verzoeker (Repsol Butano) bij de verwijzende rechter beroep heeft ingesteld. Volgens verzoeker dient het arrest Federutility naar analogie te worden toegepast, en is de Spaanse wettelijke regeling duidelijk in strijd met de communautaire, zodat de regeling die ten grondslag ligt aan het bestreden besluit direct buiten toepassing kan worden gelaten en dit besluit bijgevolg nietig kan worden verklaard. Subsidiair is zij van mening dat het Hof om een prejudiciële beslissing moet worden verzocht. Verweerder (de Spaanse overheid) wijst erop dat thans richtlijn 2009/73 van kracht is, en is van mening dat zowel deze richtlijn als richtlijn 2003/55 betrekking heeft op aardgas, en dus niet van toepassing is op flessengas, wat ook geldt voor het arrest Federutility. Verder neemt zij het standpunt in dat, ook als de genoemde richtlijn naar analogie wordt toegepast, de betwiste maatregel gerechtvaardigd is wegens het ontbreken van een voldoende concurrerende markt. Volgens haar hoeft geen prejudiciële vraag te worden gesteld. Overweging: Het eerste wat moeten worden nagegaan is of het arrest Federutility, dat is gewezen ter uitlegging van een richtlijn betreffende aardgas, van toepassing is op de onderhavige zaak, die gaat over vloeibaar gas in flessen. De verwijzende rechter houdt vast aan zijn standpunt dat dit arrest van het Hof van toepassing is op vloeibaar gas in flessen, en vanuit dat gezichtspunt doet het bestreden besluit volgens hem twee problemen rijzen. Het eerste betreft de vaststelling van maximumprijzen. In het kader van de toenemende liberalisering is hier relevant dat de prijscontrole op butagasflessen door middel van de vaststelling van een maximumprijs nog steeds van kracht is, ondanks het feit dat deze maatregel uitdrukkelijk van tijdelijke aard was, namelijk zolang geen verbetering van de mededingingsvoorwaarden in de sector merkbaar was. En hoewel kan worden verdedigd dat deze maatregel juist is verlengd omdat de marktomstandigheden onveranderd zijn gebleven, zijn er redenen om aan te nemen dat de vaststelling van een maximumprijs een bevriezend effect op de markt heeft gehad en als maatregel dus in strijd is met de beoogde liberalisering. Het tweede probleem is dat de groothandelaar in vloeibaar petroleumgas met het grootste marktaandeel per gebied verplicht is dat gas aan huis te bezorgen. De verwijzende rechter vraagt zich af of dat verenigbaar is met het arrest Federutility, met name uit het oogpunt van de evenredigheid, aangezien het gaat om een verplichting met een onvoorwaardelijk karakter. Prejudiciële vragen: 1) Is een maatregel tot vaststelling van een maximumprijs voor flessen vloeibaar gas ter bescherming van sociaal kwetsbare verbruikers verenigbaar met de rechtspraak van het Hof in de zaak Federutility en eerbiedigt een dergelijke maatregel het evenredigheidsbeginsel, wanneer de hierna genoemde omstandigheden zich afzonderlijk dan wel samen voordoen: – de maatregel wordt als een algemene maatregel voor alle consumenten vastgesteld en geldt voor onbepaalde tijd „zolang de concurrentievoorwaarden op deze markt niet voldoende worden geacht”, – de maatregel geldt al meer dan [1]8 jaar, – de maatregel kan ertoe bijdragen dat de situatie van geringe mededinging aanhoudt, aangezien hij nieuwkomers verhindert de markt te betreden? 2) Is een maatregel tot verplichte thuisbezorging van flessen vloeibaar gas ter bescherming van sociaal kwetsbare of in moeilijk bereikbare gebieden wonende verbruikers verenigbaar met de rechtspraak van het Hof in de zaak Federutility en eerbiedigt een dergelijke maatregel het evenredigheidsbeginsel, wanneer de in de vorige vraag genoemde omstandigheden zich afzonderlijk dan wel samen voordoen? Aangehaalde (recente) jurisprudentie: Federutility C-265/08. Specifiek beleidsterrein: EZ