C-503/25 en C-504/25 Acciaierie d Italia e.a.  

Contentverzamelaar

C-503/25 en C-504/25 Acciaierie d Italia e.a.  

Prejudiciële hofzaak

Dit fiche is slechts een samenvatting. De verwijzingsbeschikking is bepalend

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     12 september 2025
Schriftelijke opmerkingen:                     29 oktober 2025

Trefwoorden: insolventie, steun aan ondernemingen in moeilijkheden

Onderwerp: VWEU: artikel 107, lid 3, onder c); Mededeling 2014/C 249/01 van de Commissie (richtsnoeren inzake steun aan ondernemingen in moeilijkheden): punt 20, onder c).; Verordening 651/2014 (categorieën steun op grond van artt. 107 en 108 VWEU verenigbaar met de interne markt).

C-503/25
Verzoekende partij ‘ADI’ is een grote staalproducent, en vordert nietigverklaringen van besluiten van CSEA (Fonds voor Energiediensten en Milieu), waarmee haar aanvraag om opname in de lijst van ondernemingen met hoog aardgasverbruik voor 2025 en de daarmee samenhangende steun werd afgewezen. ADI werd in 2014 insolvent verklaard en onder buitengewoon bewind geplaatst. CSEA verwees bij de afwijzing naar het criterium dat ‘ondernemingen in moeilijkheden’ geen recht hebben op de voordelige regeling voor ondernemingen met hoog aardgasverbruik. ADI betwist de afwijzing, en stelt dat onder bewindstelling bedoeld is om de levensvatbaarheid van de onderneming te herstellen en dat zij daarom juist recht zou moeten hebben op de steun. De Italiaanse rechter vraagt om uitleg is de Unierechtelijke bepalingen betreffende steun aan ondernemingen in moeilijkheden en art. 107 VWEU.

C-504/25: de feiten en overwegingen zijn bijna identiek aan die in zaak C-503/25.

Prejudiciële vraag: 
Staan artikel 107, lid 3, onder c), VWEU en de juiste uitlegging van de richtsnoeren betreffende steun aan ondernemingen in moeilijkheden in de weg aan een nationale regeling als die welke bepaalt dat de onder buitengewoon bewind gestelde ondernemingen op grond van artikel 2 van decreto-legge (voorlopig wetsbesluit) nr. 347 van 2003 geen recht hebben op de voordelen die ingevolge artikel 21 van legge (wet) nr. 167 van 2017 juncto artikel 1, lid 3, van decreto ministeriale (ministerieel besluit) nr. 541 van 2022 aan ondernemingen met een hoog aardgasverbruik worden toegekend?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: -

Specifiek beleidsterrein: JenV; EZ