C-591/23 ZCC Europe 

Contentverzamelaar

C-591/23 ZCC Europe 

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak , en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:    14 november 2023
Schriftelijke opmerkingen:                    31 december 2023

Trefwoorden: gecombineerde nomenclatuur

Onderwerp: Uitvoeringsverordening (EU) 2021/910 van de Commissie van 31 mei 2021 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur.

Feiten:

Verzoekster heeft aangifte gedaan voor het in het vrije verkeer brengen van hardmetalen staven van cermets van oorsprong uit de Volksrepubliek China. Zij heeft de goederen, die in de handelsfacturen waren omschreven als cemented Carbide rods, aangegeven onder postonderverdeling 8209 00 80 van de gecombineerde nomenclatuur (hierna: „GN”). Na een belastingcontrole heeft verweerder (Hauptzollamt, hoofdkantoor van de douane, Duitsland) vastgesteld dat de hardmetalen staven van cermets niet onder de door verzoekster aangegeven onderverdeling, maar onder onderverdeling 8113 00 90 van de GN moesten worden ingedeeld. Derhalve heeft verweerder verzoekster een naheffing van douanerechten opgelegd. Hiertegen heeft verzoekster bezwaar ingediend en na afwijzing hiervan beroep ingesteld.

Overweging:

De verwijzende rechter twijfelt er niet aan dat de in geding zijnde hardmetalen staven onder onderverdeling 8209 00 80 van de GN moeten worden ingedeeld. De GN dient in casu in de versie van uitvoeringsverordening (EU) 2020/1577 van de Commissie van 21 september 2020 te worden toegepast.  Het beslissende criterium voor de tariefindeling van goederen moet in de regel worden gezocht in de objectieve kenmerken en eigenschappen ervan, zoals deze in de bewoordingen van de post van de GN en in de aantekeningen op de afdelingen of hoofdstukken zijn omschreven. Uitvoeringsverordening 2021/910 zou echter in de weg kunnen staan aan de indeling van de betrokken hardmetalen staven onder onderverdeling 8209 00 80 van de GN. Bij de verordening heeft de Commissie staafjes van cermets met een uniforme ronde dwarsdoorsnede ingedeeld onder onderverdeling 8113 00 90 van de GN. De verwijzende rechter twijfelt er niet aan dat met name de hardmetalen staven onder deze indelingsverordening moeten vallen.

De verwijzende rechter twijfelt aan de geldigheid van uitvoeringsverordening 2021/910. Het Hof heeft herhaaldelijk geoordeeld dat het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie de Commissie een ruime beoordelingsbevoegdheid hebben gelaten om de inhoud te preciseren van de tariefposten die voor de indeling van een bepaald goed in aanmerking komen. De bevoegdheid van de Commissie om de maatregelen vast te stellen die worden bedoeld in artikel 57, lid 4, van verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie machtigt haar evenwel niet om de inhoud of de draagwijdte van de tariefposten te wijzigen. Echter heeft de Commissie mogelijk de inhoud of de draagwijdte van de onderverdeling 8209 00 80 van de GN door uitvoeringsverordening 2021/910 gewijzigd.

Prejudiciële vragen:

Is uitvoeringsverordening (EU) 2021/910 van de Commissie van 31 mei 2021 tot indeling van bepaalde goederen in de gecombineerde nomenclatuur (PB 2021, L 199, blz. 4) geldig?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: TNT Freight Management (Amsterdam), C-291/11; C-197/20 en C-216/20; Kawasaki Motors Europe, C-91/15; C  545/16; C-677/18.

Specifiek beleidsterrein: FIN-FISC