C-745/24 GLOBUS Handelshof 

Contentverzamelaar

C-745/24 GLOBUS Handelshof 

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     23 december 2024
Schriftelijke opmerkingen:                     9 februari 2025

Trefwoorden: etikettering, reclame, biologische producten

Onderwerp:  Verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten: artikel 3, punt 52, artikel 32, lid 1.

Feiten:
Verzoekende partij is ‘Verband Sozialer Wettbewerb’ en verwerende partij is ‘GLOBUS Handelshof’. Verzoekende partij is een vereniging met als doel het bestrijden van oneerlijke concurrentie. Globus is een vennootschap en exploiteert een winkel. Verzoekende partij heeft een stakingsvordering ingesteld tegen Globus met betrekking tot een folder waarin zij reclame maakt voor biologische producten, waaronder biologische limonade. Verzoekende partij stelt dat Globus de termen ‘biologisch’ en het EU Biologisch logo gebruikt bij de reclame, terwijl noch de bevoegde controleorgaan noch zijn codenummer vermeld staat bij de productaanbiedingen. Volgens de verzoekende partij handelt Globus op deze manier in strijd met de Unierechtelijke etiketteringsplichten.

Overweging:
Volgens de verwijzende rechter moet de door Globus gebruikte reclame voldoen aan de etiketteringsvoorschriften. Het is daarbij echter de vraag of onder de definitie van ‘etikettering’, in de zin van artikel 3, punt 52, van verordening 2018/848 ook de reclame in een aanbiedingsfolder valt. De verwijzende rechter stelt geneigd te zijn om een onderscheid te maken tussen algemene reclame die ver van het product afstaat en meer concrete reclame die dicht bij het product staat. Het zou volgens de verwijzende rechter dan bijvoorbeeld niet nodig zijn om het codenummer van de controleautoriteit bij een algemene reclame die nog ver weg van de aankoop staat te vermelden (zoals in een folder), maar deze vermeldingen moeten dan wel worden gedaan op het productetiket zelf.

Prejudiciële vragen:
1. Moet het Unierecht – meer specifiek verordening (EU) 2018/848 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van verordening (EG) nr. 834/2007 van de Raad (PB L 150 van 14.6.2018, blz. 1) aldus worden uitgelegd dat in de reclame in aan consumentenhuishoudens verspreide folders van een winkelketen die naast diverse andere producten ook betrekking heeft op biologische producten in de zin van verordening 2018/848, het codenummer van de bevoegde controleautoriteit of het bevoegde controleorgaan moet worden vermeld, dus het orgaan dat belast is met de controle van de exploitant die de laatste productie- of bereidingshandeling heeft verricht? 

2) a) Moet artikel 3, punt 52, van verordening 2018/848 aldus worden uitgelegd dat elke „reclame” voor een biologisch product in de zin van artikel 3, punt 53, van die verordening ook een „etikettering” van dat product in de zin van artikel 3, punt 52, van die verordening is? 
b) Vloeit uit artikel 32, lid 1, van verordening 2018/848, door de verwijzing naar artikel 30, lid 1, van die verordening, een verplichting voort om het codenummer van het controleorgaan ook te vermelden voor reclame die geografisch van het product verwijderd is, indien het product in de etikettering, de reclame of de handelsdocumenten wordt beschreven in termen die bij de koper de indruk wekken dat het levensmiddel biologisch wordt geproduceerd? 
c) Geldt dit ook indien een detailhandelaar reclame maakt voor producten van een producent die uit verschillende fabrieken afkomstig (kunnen) zijn en door verschillende controleorganen worden onderzocht? 
d) Indien vraag 2, onder a) tot en met c), niet duidelijk bevestigend of ontkennend kan worden beantwoord: aan de hand van welke criteria dient eventueel te worden gedifferentieerd bij vraag 2, onder a), en bij vraag 2, onder b)?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: -

Specifiek beleidsterrein: VWS; LVVN

Gerelateerde documenten