C-915/19, C-916/19 en C-917/19 Eco Fox e.a.

Contentverzamelaar

C-915/19, C-916/19 en C-917/19 Eco Fox e.a.

Prejudiciële hofzaak C-915/19, C-916/19 en C-917/19 Eco Fox e.a.

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     16 september 2020
Schriftelijke opmerkingen:                     2 november 2020

Trefwoorden : staatssteun; accijnzen

Onderwerp :

-           Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag;

-           Verordening (EG) nr 794/2004 van de Commissie van 21 april 2004 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag;

 

Feiten:

De prejudiciële vraag, de feiten en de motivering in de zaken C-916/19 en C-917/19 zijn nagenoeg identiek aan C-915/19. De Italiaanse staat heeft met opeenvolgende wettelijke maatregelen drie verschillende meerjarige steunprogramma’s vastgesteld voor de biodieselmarkt. Deze programma’s hebben voorafgaande goedkeuring van de Commissie verkregen. Het ministerie van Economische Zaken en Financiën heeft regelingen vastgesteld waarbij lagere accijnstarieven voor dit product gelden. De hoogste bestuursrechter heeft enkele bepalingen van deze ministeriële besluiten nietig verklaard. Beide nietig verklaarde bepalingen betroffen de criteria voor de toewijzing aan biodieselproducenten van de accijnsvrije hoeveelheden van dit product. Vervolgens heeft het ministerie een nieuwe regeling vastgesteld, waarin zij de nietig verklaarde bepalingen heeft geherformuleerd. De vennootschap Eco Fox (verzoekster) heeft hier beroep tegen ingesteld en stelt dat het ministerieel besluit een nieuwe staatssteunmaatregel vormt waardoor de werking van de nietig verklaarde maatregel wordt verlengd. Dit beroep werd verworpen door de bestuursrechter in eerste aanleg. Verzoekster heeft hoger beroep ingesteld. Verzoekster merkt op dat – anders dan de tegenpartijen betogen – de eerdere regelingen aan de bevoegde organen van de EU zijn meegedeeld, zodat ook het litigieuze ministeriële besluit rechtstreeks op grond van de toepasselijke Unieregeling had moeten worden aangemeld. Daarom verzoekt zij deze regeling nietig of buiten toepassing te verklaren. Verweerders stellen dat de Commissie op de hoogte was van het bestaan en de inhoud van de litigieuze handeling.

 

Overweging:

Aangezien de Verdragen de bevoegdheid tot uitlegging van het Unierecht uitsluitend aan het Hof van Justitie toekennen, en aangezien de verwijzende rechter de rechter in laatste aanleg is, heeft de verwijzende rechter het onderhavige geding krachtens artikel 267 VWEU geschorst teneinde de volgende prejudiciële vraag aan het Hof van Justitie voor te leggen.

 

Prejudiciële vraag:

Aan het Hof van Justitie van de Europese Unie wordt gevraagd of – gelet op de artikelen 107 en 108 VWEU, verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999, zoals nadien gewijzigd, verordening (EG) nr. 794/2004 van de Commissie van 21 april 2004 en de eventuele andere relevante bepalingen van [Unie]recht -- een handeling van afgeleid recht als de regeling die is vastgesteld bij ministerieel besluit nr. 37/2015 waartegen in casu beroep is ingesteld, waarbij – ter rechtstreekse uitvoering van arresten van de Consiglio di Stato houdende gedeeltelijke nietigverklaring van de eerdere, reeds aan de Europese Commissie meegedeelde regelingen – de wijze van toepassing van de lagere  accijnstarieven op biodiesel „ex tunc” is veranderd door de criteria voor de verdeling van het belastingvoordeel onder de aanvragende ondernemingen met terugwerkende kracht te wijzigen zonder de duur van het programma van fiscale steun te verlengen, staatssteun vormt die als zodanig vooraf bij de Europese Commissie moet worden aangemeld?

 

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: Congregación de Escuelas Pías Provincia Betania C-74/16; AEM SpA T-301/02;

Specifiek beleidsterrein: EZK; FIN-fiscaal