Europees Octrooigerecht binnenkort operationeel
Nieuwsbericht | 27-01-2022
Achtergrond
Artikel 3, lid 1 van het Protocol betreffende de voorlopige toepassing van de Overeenkomst betreffende het Europees Octrooigerecht bepaalt dat het Protocol in werking treedt op de dag nadat 13 (lid)staten de Overeenkomst betreffende het Europees Octrooigerecht hebben ondertekend of de Raad van de EU hebben laten weten dat zij parlementaire goedkeuring tot bekrachtiging hebben gekregen. Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk – ten tijde van de vaststelling van het Protocol nog een lidstaat van de EU – moeten in ieder geval bij die 13 lidstaten horen.
Op 18 januari 2022 heeft Oostenrijk als dertiende EU-lidstaat het Protocol geratificeerd. Dit houdt in dat nu genoeg lidstaten het protocol hebben geratificeerd om de periode van voorlopige toepassing van start te laten gaan. Die periode is de laatste fase van de oprichting van het Europees Octrooigerecht (EOG). In deze laatste fase gaan de bestuursorganen van het EOG al van start zodat zij alle secundaire wetgeving definitief kunnen maken. Hieronder valt onder andere het procesreglement. Daarnaast zullen tijdens deze periode rechters worden aangenomen. Naar verwachting duurt deze laatste fase ongeveer acht maanden.
Bevoegdheid van het EOG
Het Europees Octrooigerecht zal exclusief bevoegd zijn ten aanzien van EU-eenheidsoctrooien . Daarnaast zal het EOG bevoegd zijn om te oordelen over alle Europese (bundel)octrooien die van kracht zijn op, of worden verleend na, de inwerkingtreding van de Overeenkomst. Ook zal het EOG bevoegd zijn ten aanzien van alle aanvullende beschermingscertificaten (ABC) ( artikel 3 van de EOG-overeenkomst ).
Er geldt echter wel een overgangsperiode met betrekking tot Europese octrooien en ABC’s. Gedurende zeven jaar na de inwerkingtreding van de EOG-Overeenkomst kunnen inbreuk- en nietigheidsprocedures worden onttrokken aan de bevoegdheid van het EOG en voor de nationale rechtbanken worden gevoerd (‘opt-out’-mogelijkheid) ( artikel 83 van de EOG-Overeenkomst ).
Vertraging bij de inwerkingtreding
Voor de inwerkingtreding van de EOG-Overeenkomst moesten 13 EU-lidstaten de Overeenkomst hebben geratificeerd, waaronder Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk (ten tijde van de ondertekening van de Overeenkomst nog een EU-lidstaat). De inwerkingtreding werd lange tijd vertraagd omdat er klachten bij het Duitse Constitutionele Hof waren binnengekomen. In juli 2021 heeft het Duitse Constitutionele Hof deze klachten afgewezen en vervolgens kon de Duitse goedkeuringswet voor de ratificatie van de EOG-Overeenkomst worden aangenomen in augustus 2021.
Meer informatie: