Europese Commissie publiceert het Stateaid Scoreboard 2023

Contentverzamelaar

Europese Commissie publiceert het Stateaid Scoreboard 2023

Uit editie 2023 van het Scoreboard Staatssteun blijkt dat de lidstaten, ondanks een sterke daling van de uitgaven voor staatssteun in 2022 ten opzichte van 2021, steun bleven verlenen aan bedrijven die werden getroffen door de crises die werden uitgelokt door de pandemie van het coronavirus en de oorlog van Rusland tegen Oekraïne.

Op 9 april 2024 publiceerde de Europese Commissie het Scorebord Staatssteun 2023 met betrekking tot de uitgaven die lidstaten gedaan hebben voor staatssteun in 2022. Het Scorebord biedt een uitgebreid overzicht van de uitgaven voor staatssteun in de EU op basis van de door de lidstaten ingediende rapportages.

De editie 2023 van het Scorebord Staatssteun bevat zes speciale aandachtspunten:

  • Staatssteun in het kader van de coronacrisis;
  • staatssteunmaatregelen ter ondersteuning van de economie bij het verzachten van de gevolgen van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne;
  • uitgaven voor staatssteun in het kader van een groepsvrijstelling;
  • staatssteun ten behoeve van energie en milieubescherming;
  • staatssteun voor de uitrol van breedbandnetwerken, en
  • staatssteun om industriële innovatie en wereldwijd technologisch leiderschap te stimuleren.

De bijlagen bij het Scorebord Staatssteun bieden aanvullend illustratiemateriaal als achtergrondinformatie bij de uitkomsten van het Scorebord 2023. Gegevens over staatssteunuitgaven die DG Concurrentie heeft verzameld vanuit alle lidstaten, zijn ook beschikbaar op de nieuwe statistieken webpagina van de DG-Competition website. Meer informatie over het scorebord voor staatssteun, inclusief eerdere scoreborden, is hier te vinden.

De rapportage 2023 over staatssteun in 2022
In 2022 meldden de lidstaten ongeveer 228 miljard euro aan staatssteunuitgaven voor alle doelstellingen, met inbegrip van crisismaatregelen in verband met de coronapandemie en de oorlog van Rusland tegen Oekraïne en alle andere maatregelen. Dit komt overeen met 1,4 procent van het bbp van de EU in 2022 en is een daling van 34,8 procent ten opzichte van 2021, toen de uitgaven 349,7 miljard euro bedroegen.

Uit de resultaten blijkt dat 33,6 procent van deze steun (76,65 miljard euro) bedrijven die door de coronapandemie waren getroffen, hielp levensvatbaar te blijven, terwijl 17 procent (39,33 miljard euro) overeenkwam met maatregelen om de negatieve effecten van de Russische invasie in Oekraïne op te vangen.

Het Scorebord Staatssteun 2023 laat met name zien dat voor 2022 de steunuitgaven zijn gedaald:

  • Ondanks dat deze nog steeds op een aanzienlijk niveau liggen, is het verschil in staatssteunuitgaven tussen de lidstaten consistent afgenomen ten opzichte van 2021.
  • De daling van de staatssteunuitgaven in 2022 is vooral het gevolg van de geleidelijke afbouw van de maatregelen die zijn genomen om de economische gevolgen van de coronavirus-pandemie te verzachten, nu de sanitaire crisis in Europa is verbeterd en de daarmee samenhangende beperkende maatregelen geleidelijk worden opgeheven.
  • De lidstaten voerden maatregelen in die waren goedgekeurd in het kader van het tijdelijke crisiskader (TCF) om de negatieve effecten van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne op de economie op te vangen.
  • Kijkende naar het budget van de goedgekeurde crisismaatregelen, is te zien dat slechts een relatief klein deel daadwerkelijk werd uitgegeven door de lidstaten. Via de goedkeuring van de tijdelijke COVID-kaderregeling tussen 19 maart 2020 en december 2022 hebben de lidstaten ongekend veel steun gemobiliseerd om ervoor te zorgen dat anders levensvatbare bedrijven die hard door de pandemische crisis waren getroffen, het hoofd boven water konden houden. Deze steun kwam overeen met ongeveer een derde van alle steun die in deze periode in nominale bedragen werd goedgekeurd. In het eerste jaar van de tenuitvoerlegging van de TCF-maatregelen (2022) werd ongeveer 9,6 procent van alle goedgekeurde steun in nominale bedragen uitgekeerd.
  • In 2022 hebben de lidstaten hun uitgaven ook verlaagd voor doelstellingen die geen verband houden met de crisis. Zij gaven 112 miljard euro uit (0,7 procent van het bbp van de EU in 2022), of circa 49 procent van de totale uitgaven voor staatssteun. Ten opzichte van 2021 komt dit neer op een vermindering met 28 procent (een vermindering met 43,53 miljard euro), na correctie voor inflatie. Het lijkt erop dat de lidstaten, door de noodzaak om maatregelen ten uitvoer te leggen om de impact van de oorlog van Rusland tegen Oekraïne te verzachten en door de resterende uitgaven in verband met de coronacrisis, hun uitgaven voor niet-crisisgerelateerde doelstellingen hebben verlaagd.
  • Buiten crisissteun blijft milieusteun de belangrijkste beleidsfocus van de lidstaten. Milieubescherming en energiebesparing is de beleidsdoelstelling waarvoor de lidstaten in 2022 veruit de meeste uitgaven hebben gedaan (41,51 miljard euro, ongeveer 37 procent van de staatssteunuitgaven voor niet-crisismaatregelen), ook al is de waarde van de uitgaven in reële termen met 46 procent gedaald ten opzichte van 2021. De tweede niet-crisisbeleidsdoelstelling is regionale ontwikkeling (13,91 miljard euro, meer dan 12 procent van de staatssteunuitgaven voor niet-crisismaatregelen), die daarentegen in 2022 een stijging met 4,8 procent laat zien.
  • Wat betreft de staatssteunuitgaven voor maatregelen die onder een groepsvrijstelling vallen (d.w.z. maatregelen die verenigbaar worden geacht met de EU-staatssteunregels en die zijn vrijgesteld van de verplichting tot voorafgaande aanmelding bij en goedkeuring door de Commissie) kan worden opgemerkt:
    • Het aantal maatregelen waarvoor een groepsvrijstelling geldt, blijft stijgen. In 2022 hebben de lidstaten 1 901 nieuwe maatregelen ten uitvoer gelegd in het kader van de algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV), 284 in het kader van de groepsvrijstellingsverordening voor de landbouw (LGVV) en 18 in het kader van de groepsvrijstellingsverordening voor de visserij (VVV), samen goed voor 84 procent van het totale aantal nieuwe staatssteunmaatregelen. Wanneer de crisismaatregelen buiten beschouwing worden gelaten, zijn de nieuwe maatregelen in het kader van de AGVV goed voor 93 procent van het totale aantal nieuwe, niet-crisismaatregelen. Ook de uitgaven in het kader van de algemene groepsvrijstellingsverordening zijn in 2022 gedaald (een daling met 12 procent ten opzichte van 2021), zij het in mindere mate dan de totale daling van de staatssteunuitgaven voor alle instrumenten.
    • De Commissie richt zich op de potentieel meest verstorende steunmaatregelen. In 2022 bedroeg de mediaan van de uitgaven voor aangemelde regelingen, die door de Commissie moeten worden beoordeeld, zo'n 4,2 miljoen euro, ruim boven de mediaan van de uitgaven voor algemene groepsvrijstellingsverordeningen, die zo'n 0,8 miljoen euro bedroeg.

Meer informatie:
Persbericht Europese Commissie
ECER-dossier: Staatssteun
ECER-bericht: Jaarlijkse staatssteun-scorebord gepresenteerd (28 april 2023)