Staatssteun
De Europese Unie streeft
naar onvervalste mededinging in de interne markt
(zie ook Protocol
27 bij het Verdrag van
Lissabon).
Wanneer publieke autoriteiten
door het nemen van financiële maatregelen
(bijvoorbeeld subsidiëring, garantiestelling,
uitgifte van leningen) bepaalde voordelen
toekennen aan bepaalde ondernemingen die
concurreren in de EU-interne markt, kan de
mededinging op de interne markt worden verstoord.
Dergelijke voordelen kunnen leiden tot
staatssteun.
De artikelen 107, 108 en 109
van het EU-Werkingsverdrag reguleren de
staatssteun-maatregelen in de EU-lidstaten. De
Europese Commissie is belast met de handhaving van
deze artikelen in de Europese Unie.
Inhoudsopgave ECER-dossier Staatssteun
Het ECER-dossier staatssteun bestaat uit de
volgende onderdelen:
- Wat is staatssteun?
- Vrijstellingsverordeningen en kennisgeven van steun
- Verenigbare steun en aanmelden van steun
- Gevolgen van onrechtmatig verleende staatssteun
Wat is staatssteun?
Artikel
107 lid 1 van het EU-Werkingsverdrag omschrijft
wat onder staatssteun kan worden verstaan en verklaart
staatssteun onverenigbaar met de interne markt.
Onverenigbare steunverlening kan uiteindelijk leiden
tot de kwalificatie van onrechtmatige staatssteun en
bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat de verleende steun
moet worden teruggevorderd.
Lid 2 van hetzelfde artikel benoemt een aantal uitzonderingen op de regel dat steunmaatregelen onverenigbaar zijn met de interne markt. Lid 3 van artikel 107 EU-Werkingsverdrag specificeert welke steun de Commissie mogelijk verenigbaar met de interne markt kan verklaren.
Verenigbare steun, aanmelden, vrijstellen en kennisgeven
Artikel 108 van
het EU-Werkingsverdrag
omvat de procedure met
betrekking tot notificatie en autorisatie van
steunmaatregelen voor de Commissie (de zogenoemde
‘aanmeldingsprocedure’). Lidstaten moeten
staatssteun-maatregelen (of de wijziging daarvan)
voorleggen aan de Commissie (‘aanmelden’). Deze
beoordeelt of, en onder welke voorwaarden, de
steunmaatregel is toegestaan en verenigbare steun
betreft.
Artikel 108 bepaalt dat de Commissie
verordeningen kan vaststellen betreffende bepaalde
soorten van staatssteun waarvan de Raad (conform
artikel 109, zie hierna) heeft bepaald dat zij van de
procedure van aanmelding kunnen worden
vrijgesteld.
De Commissie heeft in dat verband
inmiddels een groot aantal steunkaders en
verordeningen vastgesteld, waarbij een onderscheid kan
worden gemaakt tussen sectorale steunkaders (met
voorwaarden voor steun aan bepaalde
sectoren
, bijvoorbeeld vervoer,
luchthavens, banken, media) en
horizontale
steunkaders
(voor steun voor bepaalde
horizontale doelstellingen zoals de-minimis-steun,
regionale steun, steun voor onderzoek, ontwikkeling en
innovatie, MKB-steun, risicofinanciering).
Op grond van
artikel 109
EU-Werkingsverdrag
kan ook de Raad – op
voorstel van de Europese Commissie en na
raadpleging van het Europees Parlement-
verordeningen vaststellen over de toepassing van
artikelen 107 en 108.
Voorbeelden van
dergelijke door de Raad vastgestelde
staatssteun-verordeningen zijn onder meer
Verordening
2015/1588
van de Raad over de
toepassing van artikel 107 en 108
EU-Werkingsverdrag op bepaalde soorten
steunmaatregelen en Procedureverordening van
de Raad 2015/1589
over toepassing van de
aanmeldingsprocedure van artikel 108.
Voornoemd voorbeeld van Verordening 2015/1588 van
de Raad machtigt de Commissie om generieke
vrijstellingen te geven voor bepaalde horizontale
steunmaatregelen. De Commissie heeft op basis
daarvan een aantal generieke vrijstellingen (bij
verordening van de Commissie) vastgesteld.
Denk hierbij bijvoorbeeld aan de Algemene
Groepsvrijstellingsverordening 651/2014 (
AGVV
) zoals laatstelijk
gewijzigd bij EU-verordening
2023/1315
van de Commissie, aan de
Landbouw Groepsvrijstellingsverordening 2022/2472
( LGVV
) en aan de
de-minimisverordening
1407/2013, die met ingang
van 2024 is opgevolgd door de nieuwe algemene
de-minimisverordening EU/2023/2831.
Bij de toepassing van vrijstellingsverordeningen zoals de AGVV krijgen steunverlenende overheden wel te maken met een zogenoemde ‘kennisgevingsprocedure’. Een steunmaatregel die voldoet aan de voorwaarden uit een vrijstellingsverordening is verenigbaar met de interne markt en vrijgesteld van aanmelding bij de Commissie. Wanneer een steunverlenende overheid gebruik maakt van een vrijstellingsmogelijkheid rust er wel een kennisgevingsplicht op deze overheid. De steunverlenende overheid zal binnen een bepaalde termijn na inwerkingtreding van de steunmaatregel de Commissie op de hoogte moeten stellen van de steunmaatregel waarop de vrijstelling is toegepast.
Zie voor meer informatie over de kennisgevingsprocedure en de aanmeldingsprocedure ook de betreffende subonderdelen van dit ECER-dossier Staatssteun.
Gevolgen van staatssteun
Voor steunverlenende overheden brengen de
EU-staatssteunregels met zich mee dat zij –
alvorens te beslissen tot een steunmaatregel-
dienen na te gaan of er sprake is van staatssteun
in de zin van artikel 107 EU-Werkingsverdrag.
Indien dat het geval is, zullen zij moeten nagaan
of er mogelijk sprake kan zijn van vrijgestelde
steun (waarvoor in de regel een kennisgeving bij
de Europese Commissie dient te worden gedaan) of
van aanmeldingsplichtige steun (waarvoor een
aanmeldingsprocedure ter goedkeuring van de steun
bij de Europese Commissie moet worden
doorlopen).
Eén van de gevolgen van het
verlenen van onverenigbare (onrechtmatige)
staatssteun kan zijn dat de steun door de
steunverlener moet worden teruggevorderd bij de
steunontvanger. Zie voor meer informatie over de
gevolgen van onverenigbare, onrechtmatige
staatssteun ook het subonderdeel
van dit ECER-dossier Staatssteun/Gevolgen van
onrechtmatig verleende staatssteun.
Praktische handleidingen staatssteun
De ministeries van BZK en EZ hebben een
Handreiking
Staatssteun voor de overheid
(2016) opgesteld als
naslag- en hulpmiddel voor beleidsmedewerkers en
financiële of juridische medewerkers bij
ministeries of andere steunverlenende
overheden.
De Europese Commissie heeft in 2018 een Code van beste praktijken voor het toezicht op staatssteun (EN) gepubliceerd (zie ook ECER-bericht ) en in 2016 een Mededeling over het begrip staatssteun .
Onder het navolgende kopje ‘Meer informatie’ is tevens een aantal verwijzingen naar informatieve websites over staatssteun opgenomen.
Meer informatie:
Website
Europese
Commissie: Staatssteun (mededingingsbeleid)
Website
Europese
Commissie:
Algemeen
overzicht staatssteun
Website
Europese
Commissie: J
aarlijkse
Scoreboard staatssteun (staatssteunrapportage
lidstaten)
Website
EUR-Lex:
Staatssteunwetgeving
(mededinging)
Website
Rijksoverheid:
Staatssteun
Website
Kenniscentrum
Europa decentraal: Staatssteun (decentrale overheden)
ECER-dossier:
Staatssteun- overige subdossiers- meer informatie