T-445/25 ITA Airways 

Contentverzamelaar

T-445/25 ITA Airways 

Prejudiciële hofzaak

Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).

Termijnen: Motivering departement:     19 augustus 2025
Schriftelijke opmerkingen:                     4 oktober 2025

Trefwoorden: compensatie luchtpassagiers 

Onderwerp: Verordening 261/2004 (inzake compensatie luchtreizigers): artikel 5, lid 1.

Verzoeker vordert op grond van verordening 261/2004 compensatie van de verwerende luchtmaatschappij voor een geannuleerde vlucht. De vlucht zou op 2 april 2023 hebben plaatsgevonden, maar dit ging niet door en er werd een alternatieve vluchtverbinding aangeboden voor 3 april. Verzoeker heeft geen gebruik gemaakt van dit aanbod, en zelfstandig een andere vlucht geboekt bij een andere luchtvaartmaatschappij. Normaliter wordt er bij een alternatieve boeking niets gecompenseerd, maar de Duitse rechter twijfelt of het verschil maakt dat de nieuw geboekte vlucht vertrok vanaf een andere luchthaven dan de oorspronkelijke, waardoor deze passagiers meer ongemak hebben ervaren.

Prejudiciële vragen: 
1. Moeten passagiers aan wie na annulering van de oorspronkelijke vlucht minder dan zeven dagen voor de geplande vertrektijd in de zin van artikel 5, lid 1, onder c), iii), van verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: „verordening (EG) 261/2004”), geen andere vlucht naar hun bestemming werd aangeboden die niet eerder dan één uur voor de geplande vertrektijd vertrok en hen minder dan twee uur later dan de geplande aankomsttijd op de eindbestemming bracht, worden uitgesloten van een compensatie overeenkomstig artikel 5, lid 1, onder c), en artikel 7, lid 1, van verordening (EEG) 261/2004, wanneer zij zelfstandig een alternatieve vlucht hebben geboekt die hen minder dan twee uur later dan de geplande aankomsttijd op de eindbestemming bracht, en deze vertrok van een andere luchthaven dan de geannuleerde vlucht? 

2. Indien de passagiers in dit geval niet in beginsel zijn uitgesloten van compensatie, zijn zij dan uitgesloten indien de andere luchthaven dichter bij de plaats ligt vanwaar de passagiers naar de luchthaven reizen dan de oorspronkelijke luchthaven en de reis daarheen korter is dan de reis naar de oorspronkelijke luchthaven en zij nog niet onderweg waren naar de luchthaven toen zij op de hoogte werden gesteld van de annulering?

Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-54/23 Laudamotion and Rynair.


Specifiek beleidsterrein: IenW

Gerelateerde documenten