Op deze pagina:
Artikel 165, lid 1, tweede alinea, van het EU-Werkingsverdrag bepaalt dat de EU moet bijdragen aan de bevordering van de Europese inzet op sportgebied, rekening houdend met de specifieke kenmerken, op vrijwilligerswerk berustende structuren en de sociale en educatieve functie van sport. Het EU-optreden is erop gericht de Europese dimensie van de sport te ontwikkelen, door de eerlijkheid en de openheid van sportwedstrijden en de samenwerking tussen de verantwoordelijke sportorganisaties te bevorderen, en door de fysieke en morele integriteit van sportlieden, met name jonge sporters, te beschermen (artikel 165, lid 2, zevende streepje, EU-Werkingsverdrag). Daarnaast moet de EU de samenwerking met niet-EU-lidstaten ('derde landen') en met de inzake sport bevoegde internationale organisaties, met name met de Raad van Europa, bevorderen (artikel 165, lid 3, EU-Werkingsverdrag).
De EU is bevoegd om het optreden van de lidstaten op het gebied van sport te ondersteunen, te coördineren en/of aan te vullen (artikel 6, punt e), EU-Werkingsverdrag). Daartoe kunnen het Europees Parlement en de Raad volgens de gewone wetgevingsprocedure stimuleringsmaatregelen aannemen, en kan de Raad op voorstel van de Commissie aanbevelingen aannemen (artikel 165, lid 4, EU-Werkingsverdrag). De stimuleringsmaatregelen mogen niet leiden tot de harmonisatie van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten (zie voor meer informatie ook het ECER-dossier over harmonisatie).
Het Directoraat-generaal Onderwijs, jeugd, sport en cultuur (EAC) van de Europese Commissie is onder meer verantwoordelijk voor het EU-beleid op het gebied van sport: DG EAC. Zie voor meer achtergrondinformatie over EU-beleid onder meer dit dossier sport
Via het EU Sport Forum probeert de Commissie de dialoog tussen Commissie en belanghebbenden uit de sportsector, vertegenwoordigers van openbaar beleid, EU-instellingen, particuliere ondernemingen, onderwijsinstellingen en andere deskundigen te bevorderen. Hierbij wordt onder meer de balans opgemaakt van de vooruitgang die is geboekt bij de uitvoering van de EU-agenda voor sport, evenals meningen van belanghebbenden verzameld over geplande of toekomstige activiteiten. Onderwerpen die hierbij bijvoorbeeld aan bod komen zijn anti-doping, corruptie, discriminatie en mobiliteit in de sport. Zie hier meer informatie over het EU-Sport-Forum 2024.
Via het EU-Programma Erasmus+ financiert de Europese Commissie onder meer partnerschappen tussen sportorganisaties, evenementen zonder winstoogmerk en onderzoek naar betere beleidsvorming in de sport.
De Europese week van de sport, die in heel Europa gehouden wordt, is bedoeld om Europeanen aan te sporen sportief actief te zijn in hun dagelijks leven.
Het vijfde EU Work Plan for Sport (2024-2027) bouwt voort op successen en lessen uit het vorige werkplan (2021-2024) en introduceert nieuwe elementen om de zich ontwikkelende uitdagingen in de sportsector aan te passen (zoals toenemende commercialisering van sport, duurzaamheid en het verband tussen fysieke en mentale gezondheid). Het vijfde werkprogramma loopt van 1 juli 2024 tot en met 31 december 2027 en zet voor alle 27 lidstaten de prioriteiten en strategische doelstellingen voor sport in de hele EU uiteen. Zie ook deze webpagina.
In de politieke beleidslijnen voor de nieuwe Europese Commissie (2024-2029) worden een aantal initiatieven beschreven die raakvlakken kunnen hebben met sportbeleid, zoals initiatieven op het gebeid van gezondheid, het voorkomen van sociale uitsluiting en het verbeteren van initiatieven vanuit Erasmus+. Zie voor de politieke beleidslijnen ook dit ECER-bericht. Een jurisprudentieoverzicht van de Europese Commissie over sportgerelateerde zaken in relatie tot het vrij verkeer van werknemers is hier te vinden.
Sportzaken worden op Raadsniveau besproken in de EJCS (de Raad Onderwijs, Jeugdzaken, Cultuur en Sport). Een overzicht van recente en geplande vergaderingen, persmededelingen en dossiers die te maken hebben met de werkzaamheden van de Raad op het gebied van sport vindt u hier: Sport - Consilium. Raadsinitiatieven op het gebied van sport betreffen onder meer het aannemen van stimuleringsmaatregelen en aanbevelingen op het gebied van sport en Erasmus+, het programma Creatief Europa of de Europa 2020-strategie. Op sommige sport-gerelateerde onderwerpen kan de Raad ook wetgeving aannemen, bijvoorbeeld in relatie tot erkenning van diploma's. Zie voor een overzicht van persmededelingen van de Raad rondom sport deze websitepagina.
In het Europees Parlement (EP) houdt de commissie CULT zich bezig met culturele zaken, onderwijsbeleid en jeugdbeleid (inclusief sport en vrije tijd). Vergaderagenda, beleidsprioriteiten en persberichten van deze commissie kunt u hier vinden: Europarlement CULT commissie. De informatiepagina van het Europees Parlement over sport vindt u hier.
Het Europees Parlement heeft in 2012 een resloutie aangenomen over de Europese dimensie van sport, waaruit onder meer de Europese week van de Sport is voortgekomen. Daarnaast gaat aandacht uit naar problemen rondom gendergelijkheid in sport en de rol van sport in de strijd tegen racisme. Op 5 juli 2016 nam het EP een resolutie aan waarin onder meer de rol van sport bij het waarborgen van sociale inclusie en de intergratie op arbeidsmarkt voor vluchtelingen een rol speelt. Het EP kent een subcommissie mensenrechten (DROI), die zich onder meer met regelmaat heeft uitgelaten over mensenrechten in de context van grote sportevenementen, zoals de Olympische Winterspelen 2014 in Rusland, het Wereldkampioenschap voetbal 2014 in Brazilie en 2022 in Quatar. Naar aanleiding van de situatie van arbeidsmigranten in Quatar werd door DROI en de commissie CULT een gezamenlijke hoorzitting gehouden over mensenrechtenschendingen bij grote sportevenementen.
In maart 2013, juni 2015 en februari 2017 nam het EP resoluties aan inzake de strijd tegen wedstrijdvervalsing en corruptie in de sport.
Het EP stelde amendementen voor op het voorstel van de Europese Commissie voor het Erasmus+ programma 2021-2027, opdat meer jonge sporters en coaches aan mobiliteitsregelingen kunnen deelnemen.
Op 23 oktober 2021 nam het EP een resolutie aan getiteld " Het sportbeleid van de EU: beoordeling en mogelijke verdere stappen". Onder meer gaat het hierbij om meer financiering voor amateursport, betere regulering van spelerstransfers, gelijke beloning en meer zichtbaarheid voor vrouwen in de sport, betere bescherming van kinderen in de sport en verhoging van het aantal uren lichaamsbeweging op scholen en een voorstel om een EU-sportcoordinator aan te wijzen die sectoroverstijgende samenwerking versterkt.
In de resolutie van het EP uit 2022 over e-sport en videogames wordt geconcludeerd dat e-sport en sport niet tot dezelfde sectoren behoren.
In Nederland draagt het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) de zorg voor het sportbeleid. De (onafhankelijke) Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) kunnen hierbij adviseren.
Zie ook dossier Rijksoverheid - Sport en bewegen Relevante links via EUR-Lex; de officiële en meest complete verzameling juridische documenten van de EU:
