Op deze pagina:
Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Rome (1957) vormt bestrijding van discriminatie één van de taken van de Europese Unie. De EU-Verdragen bevatten in eerste instantie bepalingen voor de bescherming tegen discriminatie op grond van nationaliteit en geslacht. Sinds 1999 beschikt de EU ook over bevoegdheden om discriminatie op grond van ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid te bestrijden.
In dit ECER-dossier wordt eerst afzonderlijk ingegaan op de verschillende discriminatiegronden: geslacht, ras of etnische afstamming, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid (zie het ECER-dossier over discriminatiegronden). Vervolgens wordt ingegaan op de (toekomstige) EU-rechtelijke verplichtingen voor nationale gelijkheidsorganen (zie het ECER-dossier over gelijkheidsorganen).
Naar boven
14-11-2024
De richtlijn Europese gehandicaptenkaart en Europese parkeerkaart voor personen met een handicap biedt personen met een handicap tijdens korte verblijven gelijke toegang tot bijzondere voorwaarden of voorkeursbehandeling, ...
28-10-2024
Uit het rapport komt naar voren dat moslimvrouwen, -mannen en -kinderen niet alleen het doelwit zijn vanwege hun geloof, maar ook vanwege hun huidskleur en etnische of migrantenachtergrond. Vooral jonge moslims die in de EU ...
21-10-2024
De Duitse regeling volgens welke federale rechters hun pensionering niet kunnen uitstellen, terwijl federale ambtenaren en rechters van de deelstaten dit wel kunnen, leidt niet tot een rechtstreeks op leeftijd gebaseerd ...