C-209/25 Premium Food Kebab
Zie bijlage voor de verwijzingsuitspraak, en klik hier voor het dossier van het Hof van Justitie (voor zover beschikbaar).
Termijnen: Motivering departement: 13 mei 2025 Schriftelijke opmerkingen: 29 juni 2025
Trefwoorden: betalingsachterstanden, weigering vergoeding, strijd met doelstellingen richtlijn
Onderwerp: Richtlijn 2011/7/EU (betreffende bestrijding van betalingsachterstand): art. 6(1).
De zaak draait om een vordering van 175,88 PLN (ongeveer 40 EUR) die verzoekende partij eist van verwerende partij als vergoeding voor invorderingskosten wegens een betaling die vijf dagen te laat werd voldaan. De verwijzende rechter vraagt zich af of hij op grond van artikel 6, lid 1 van richtlijn 2011/7 mag weigeren het bedrag van 40 euro toe te kennen als vergoeding, wanneer het onbillijk of in strijd met het doel van de richtlijn lijkt te zijn. De handelswijze van verzoekende partij wordt beschouwd als misbruik van het recht omdat er plots honderden gelijksoortige vorderingen werden ingesteld.
Prejudiciële vraag: Moet artikel 6, lid 1, van richtlijn 2011/7/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 betreffende bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties aldus worden uitgelegd dat de nationale rechter kan weigeren om een vast bedrag als vergoeding voor de invorderingskosten toe te kennen wanneer de omstandigheden waarin de rechthebbende om toekenning van deze vergoeding heeft verzocht, erop duiden dat de verzochte vergoeding niet billijk is en de vordering tot betaling van een vergoeding voor de invorderingskosten in strijd is met de doelstellingen van de richtlijn?
Aangehaalde (recente) jurisprudentie: C-370/21 DOMUS-SOFTWARE; C-419/21 X; C-585/20 BFF Finance Iberia; C-78/22 ALD Automotive; C-279/23 Skarb Państwa.
Specifiek beleidsterrein: EZ