Europese Commissie legt verantwoording af voor beheer van de EU-begroting 2020
Nieuwsbericht | 15-06-2021
Dat zijn de conclusies van de Europese Commissie die twee complementaire instrumenten heeft gepresenteerd om verslag uit te brengen over de prestaties van de EU-begroting 2020:
Uit het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag blijkt dat de EU-begroting, ondanks haar relatief beperkte omvang, grote resultaten kan opleveren en in tijden van crisis een essentiële rol kan spelen. Het solide internecontrolekader van de Commissie heeft ervoor gezorgd dat de EU-begroting gedurende 2020 goed en doeltreffend beschermd was.
Het prestatiekader garandeert dat de Europese Commissie ook in de toekomst sterk de nadruk kan blijven leggen op de behaalde resultaten, te beginnen met de doeltreffende uitvoering van het huidige meerjarig financieel kader 2021-2027, aangevuld met het herstelinstrument NextGenerationEU. De combinatie van deze twee vormt het grootste stimuleringspakket dat ooit via de EU-begroting is gefinancierd.
Het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag van de EU (AMPR) Met het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag 2020 (Annual management and performance report; AMPR) ( NL ) legt de Commissie politieke rekenschap af voor het beheer van de EU-begroting van het voorgaande jaar, overeenkomstig artikel 318 EU-Werkingsverdrag en artikel 247, lid 1, onder b van het Financieel Reglement . Het verslag maakt deel uit van een pakket geïntegreerde financiële en verantwoordingsverslagen, dat de Commissie aan het Europees Parlement voorlegt ter staving van het kwijtingsverzoek van de Commissie. Kwijting is de procedure waarmee het Europees Parlement de uitvoering van de EU-begroting door de Commissie evalueert.
Het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag is gebaseerd op jaarlijkse activiteitenverslagen, programmaverklaringen, evaluaties van EU-programma’s en de werkzaamheden van de intern controleur, van het Comité follow-up audit en van de Europese Rekenkamer.
De Commissie publiceert het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag over de uitvoering van de begroting 2020 samen met de ontwerpbegroting voor 2022 (zie ook ECER-bericht). Op die manier krijgen de belanghebbenden één alomvattende reeks prestatiegegevens, die een samenhangend geheel vormt van ontwerpbegroting tot kwijtingsprocedure. De Commissie onderstreept zo de nadruk die ze legt op prestatie en de rol van prestatiegegevens als input voor de begrotingsplanning.
Het hoofdverslag over 2020 is doelbewust bondig gehouden ten behoeve van de toegankelijkheid en leesbaarheid. De bijlagen verschaffen waardevolle extra informatie: Met name:
De mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over het prestatiekader voor de EU-begroting in het kader van het MFK 2021-2027 benadrukt het belang dat de Commissie hecht aan de doeltreffende uitvoering van de begroting. De Commissie publiceert deze mededeling in het kader van de overgang tussen twee meerjarige financiële kaders, wat de mogelijkheid biedt om het prestatiekader en de plannen die de Commissie heeft om dit verder te verbeteren, toe te lichten.
Het AMPR specifiek voor de EU-begroting voor 2020 Uit het jaarlijkse beheers- en prestatieverslag voor 2020 blijkt dat de EU haar begroting van 2020 snel en doeltreffend heeft ingezet om de coronacrisis en de gevolgen ervan te verlichten:
Terwijl de EU de pandemie bestreed, is blijvend werk gemaakt van politieke prioriteiten via de EU-begroting. Zo steunde de EU de groene transitie, door 20,1 procent van haar begroting voor 2014-2020 (216 miljard euro) te besteden aan de strijd tegen klimaatverandering - waarmee de EU het streefcijfer van 20 procent haalde - en 8 procent (85 miljard euro) aan biodiversiteit. Ook steunde de EU de digitale transitie, bijvoorbeeld door er via de cohesiefondsen en het Europees Fonds voor strategische investeringen voor te zorgen dat 25 miljoen gezinnen toegang kregen tot snel internet. Tegelijkertijd beschermde de EU-begroting de belangen van belastingbetalers dankzij doeltreffende maatregelen tegen fraude en onregelmatigheden.
Uit het verslag blijkt tevens dat de EU-begroting in 2020 goed is beheerd, dankzij een sterk interne controlekader, een constant toezicht op de risico's (met name die in verband met de coronacrisis) en een beproefde meerjarige controlecyclus en andere risicobeperkende maatregelen.
Met name het risico dat er fouten zijn gemaakt bij de betaling van middelen aan partners en begunstigden, wordt geraamd op 1,9 procent van het totale bedrag. Veel van deze vergissingen, die worden geraamd op 1,0 procent van het totale bedrag, worden echter gedetecteerd en gecorrigeerd voordat de programma's zijn afgesloten. Het risico op echte fouten vertegenwoordigt dus 0,9 procent van het totale bedrag. Dit is ruim onder de drempel van 2 procent die hiervoor door de Europese Rekenkamer wordt gehanteerd.
Prestatiekader voor de EU-langetermijnbegroting 2021-2027 De mededeling over het prestatiekader stelt dat e en doeltreffende besteding van de EU-middelen des te belangrijker is vanwege de ongeziene omvang en de rol van de EU-begroting voor de periode na 2020 en de oprichting van het herstelinstrument NextGenerationEU.
Meer informatie: