In reactie op crises zoals de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne is op EU-niveau gebruik gemaakt van (bestaande) Verdragsrechtelijke crisisbevoegdheden en zijn tevens nieuwe crisisinstrumenten vastgesteld om beter te kunnen anticiperen op toekomstige crises. Die instrumenten bevatten vaak nieuwe bevoegdheden voor EU-instellingen en -organen, hetgeen ook in de Haagse beleidspraktijk de nodige vragen en discussie oproept.
De crisisbevoegdheden van de EU strekken zich uit tot een breed scala aan beleidsterreinen: van de interne markt tot volksgezondheid, en van energie tot grensbeheer. Mede daardoor worden rijksambtenaren steeds vaker geconfronteerd met de gevolgen en uitvoering van - dan wel afstemming over- EU-crisismaatregelen. Vraagstukken over de gewenste en werkbare inzet en bereik van het EU-crisisinstrumentarium alsmede over de wisselwerking tussen de verschillende instrumenten komen daarbij nadrukkelijk aan de orde.
Op donderdagmiddag 10 april 2025 van 14:00 tot 17:00 organiseert het Expertisecentrum Europees Recht (ECER) een seminar over EU-crisisinstrumentarium op het Ministerie van Buitenlandse Zaken (Rijnstraat 8, Den Haag).
Tijdens het seminar zal Merijn Chamon (Vrije Universiteit Brussel) een inleiding in het EU-crisisinstrumentarium verzorgen (o.a. clausule inzake wederzijdse verdediging, solidariteitsclausule, civiele bescherming), en vervolgens nader ingaan op de noodprocedure die kan worden gebruikt voor passende maatregelen vanwege de economische situatie (artikel 122, lid 1 VWEU). Vervolgens zal Fey Al Faidi-Wilson (Ministerie van Economische Zaken) een beeld schetsen van het noodinstrument voor de interne markt (IMERA): wat behelst de EU-IMERA-verordening, hoe kan dit noodinstrument vanaf mei 2026 worden ingezet en hoe verhoudt de IMERA-verordening zich in grote lijnen tot eventuele andere noodinstrumenten? Ten slotte zullen Patrick Krüger en Corine van Lingen (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) nader hun licht laten schijnen op recente EU-crisismaatregelen die op het terrein van de volksgezondheid zijn ingezet (o.a. in relatie tussen nationale crisisdoelstellingen en de rol van de EU-autoriteit op volksgezondheidsgebied), en hoe de eventuele wisselwerking tussen verschillende EU-nood- en crisismaatregelen die daarbij optreedt heeft geholpen om de doelen te bereiken.
Bij elk van de drie bijdragen zal bijzondere aandacht uitgaan naar de complementariteit en/of verschillen tussen de verschillende noodinstrumenten en de vraag hoe eventuele gedeelde lessons-learned voor de Haagse rijksoverheidspraktijk van meerwaarde kunnen zijn. Tijdens het seminar zal er voldoende ruimte zijn voor vragen en discussie tussen de deelnemers en de sprekers.
Verzorgd door Ann-Marie Kühler, hoofd van het ECER
Verzorgd door Dr. Merijn Chamon, Professor EU-recht, Vrije Universiteit Brussel
Verzorgd door Fey Al Faidi-Wilson, Beleidsmedewerker Interne Markt bij het Ministerie van Economische Zaken (EZ)
Verzorgd door Patrick Krüger, coördinerend beleidsmedewerker bij de directie Internationale Zaken van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Corine van Lingen, senior beleidsmedewerker bij de directie Infectieziektebeleid (VWS)
Deelname aan deze ECER-bijeenkomst staat open voor belangstellenden werkzaam bij de (Rijks)overheid, rechterlijke macht en wetenschap. Deelnemers werkzaam bij de kerndepartementen krijgen voorrang bij plaatsing op de deelnemerslijst. Overige belangstellenden worden in eerste instantie op de wachtlijst geplaatst en kunnen bij voldoende beschikbare plaatsen alsnog op de deelnemerslijst geplaatst worden. Er zijn maximaal 60 plaatsen. Aanmelden kan door het sturen van een mail naar djz-ecer@minbuza.nl onder vermelding van naam, e-mailadres en functie/organisatie.