De beginselen van de EU

Afbeeldingbanner - De beginselen van de EU

© Rijksoverheid

De beginselen van de EU

Op deze pagina:

Inleiding

(Rechts)beginselen spelen een belangrijke rol binnen het Europees recht. Een aantal beginselen zijn vastgelegd in de EU-Verdragen (zoals de beginselen op milieugebied en de begrotingsbeginselen). Daarnaast zijn er ongeschreven rechtsbeginselen die zijn ontwikkeld in de rechtspraak van het EU-Hof. De  rechtsbeginselen van het EU-recht nemen binnen de rechtsorde van de EU en de rechtspraak van het EU-Hof een bijzondere plaats in. Kenmerkend voor de algemene rechtsbeginselen is dat zij fundamentele beginselen van de EU en haar lidstaten belichamen. De algemene rechtsbeginselen zijn vanwege hun functie als 'uitleginstrument' mede van belang in de rechtspraak van het EU-Hof. Die functie komt met name voort uit het feit dat de rechtsorde van de EU een rechtsorde in ontwikkeling is, die openstaat voor voortschrijdend inzicht en daarom ook uitleggingsbehoeftig is. 

Naar boven

Terminologie

Het EU-Hof hanteert in haar rechtspraak geen uniforme terminologie met betrekking tot de algemene rechtsbeginselen. Het EU-Hof gebruikt diverse begrippen om een algemeen rechtsbeginsel aan te duiden, waaronder de begrippen 'algemeen erkende rechtsregel' (C-8/55), 'een in het licht van de deelnemende staten algemeen erkend beginsel' (C-13/57), 'een elementair rechtsbeginsel' (C-42 en 49/59), 'een fundamenteel beginsel' (C-85/76), 'een algemeen beginsel' (C-43/59, C-45/59 en C-48/59), 'een regel' (C-14/61) of het 'beginsel dat tot de grondbeginselen van het EU-recht behoort' (C-117/76 en C-16/77). 

Naar boven

Categorieën van (algemene) rechtsbeginselen

De algemene rechtsbeginselen kunnen worden onderscheiden in twee categorieën. In de eerste plaats de op basis van de geest en de systematiek van de EU-Verdragen ontwikkelde beginselen die betrekking hebben op specifieke EU-rechtelijke problemen. Daarbij kan worden gedacht aan het beginsel van voorrang van het EU-recht. In de tweede plaats de rechtsbeginselen die gemeenschappelijk zijn aan de nationale rechts- en constitutionele stelsels van de lidstaten. Het gaat dan bijvoorbeeld om het beginsel van verbod op dubbele bestraffing en/of vervolging. 

De eerste categorie algemene rechtsbeginselen worden rechtstreeks uit het primaire EU-recht (o.a. Verdragen) afgeleid. Met betrekking tot de tweede categorie algemene rechtsbeginselen gaat het EU-Hof in haar rechtspraak uit van een rechtsvergelijking tussen de stelsels van de lidstaten. In het kader van die rechtsvergelijking onderzoekt het EU-Hof dan of een bepaald beginsel in de stelsels van de lidstaten voorkomt. De algemene rechtsbeginselen in de tweede categorie behoeven niet noodzakelijkerwijs in alle vergeleken rechtsstelsels tegelijk voor te komen. 

Naar boven

Inhoud van dit dossier

In het subdossier 'Overzicht van algemene rechtsbeginselen' vindt u een (niet-uitputtend) overzicht van de algemene rechtsbeginselen van de EU. Daarnaast zijn er twee subdossiers met rechtsbeginselen die gekoppeld zijn aan een gemeenschappelijk thema. In de eerste plaats het subdossier met beginselen die betrekking hebben op de doorwerking van het Europees recht in de nationale rechtsstelsels. En in de tweede plaats het subdossier over beginselen die betrekking hebben op de bevoegdheidsverdeling tussen de EU en de lidstaten. 

Naar boven